Vervoeging van het Duitse werkwoord zerfallen ⟨Procespassief⟩

De vervoeging van het werkwoord zerfallen (vervallen, bestaan uit) is onregelmatig. De basisvormen zijn wird zerfallen, wurde zerfallen en ist zerfallen worden. De ablaut vindt plaats met de stamklinkers a - ie - a. Het hulpwerkwoord van zerfallen is "sein". Het voorvoegsel zer- van zerfallen is onscheidbaar. De verbuiging vindt plaats in het Procespassief en wordt gebruikt als Hoofdzin. Voor een beter begrip zijn talloze voorbeelden van het werkwoord zerfallen beschikbaar. Voor oefenen en consolidatie zijn er ook gratis werkbladen voor zerfallen. Je kunt niet alleen zerfallen vervoegen, maar ook alle Duitse werkwoorden. Het werkwoord behoort tot de woordenschat van het Zertifikat Deutsch of niveau B2. Opmerkingen

Video 

B2 · onregelmatig · sein · onlosmakelijk

zerfallen werden

wird zerfallen · wurde zerfallen · ist zerfallen worden

 Verandering van de stamklinker  a - ie - a   Umlauten in de tegenwoordige tijd   Weglaten van dubbele medeklinkers  ll - l - ll 

Engels decay, disintegrate, fall apart, collapse, disaggregate, molder, moulder, split, be falling to pieces, become decomposed, come apart, come asunder, come undone, corrode, crumble, crumble away, crumble down, crumble to dust, decompose, degenerate, degrade, dilapidate, disagree, dissociate, fall, fall to pieces, fragment, go to pieces, go to pot, mould away, slake

[Wissenschaft] in seine Einzelteile auseinanderfallen, sich auflösen; untergehen, aufhören als Ganzes zu existieren, sich nicht aufrechterhalten können; auflösen, vergehen, bestehen, brechen

(in+A)

» Die Stadt zerfiel . Engels The town fell into ruin.

De eenvoudig vervoegde werkwoordsvormen in de tegenwoordige, verleden, gebiedende en aanvoegende wijs van zerfallen

Tegenwoordige tijd

ich werde zerfallen
du wirst zerfallen
er wird zerfallen
wir werden zerfallen
ihr werdet zerfallen
sie werden zerfallen

Onvoltooid verleden tijd

ich wurde zerfallen
du wurdest zerfallen
er wurde zerfallen
wir wurden zerfallen
ihr wurdet zerfallen
sie wurden zerfallen

Imperatief

-
-
-
-
-
-

Konjunktief I

ich werde zerfallen
du werdest zerfallen
er werde zerfallen
wir werden zerfallen
ihr werdet zerfallen
sie werden zerfallen

Konjunktief II

ich würde zerfallen
du würdest zerfallen
er würde zerfallen
wir würden zerfallen
ihr würdet zerfallen
sie würden zerfallen

Infinitief

zerfallen werden
zerfallen zu werden

Deelwoord

zerfallen werdend
zerfallen worden

indicatief

Het werkwoord zerfallen vervoegd in de aantonende wijs Procespassief in de tijden tegenwoordige, verleden en toekomende tijd


Tegenwoordige tijd

ich werde zerfallen
du wirst zerfallen
er wird zerfallen
wir werden zerfallen
ihr werdet zerfallen
sie werden zerfallen

Onvoltooid verleden tijd

ich wurde zerfallen
du wurdest zerfallen
er wurde zerfallen
wir wurden zerfallen
ihr wurdet zerfallen
sie wurden zerfallen

Perfectum

ich bin zerfallen worden
du bist zerfallen worden
er ist zerfallen worden
wir sind zerfallen worden
ihr seid zerfallen worden
sie sind zerfallen worden

Volt. verl. tijd

ich war zerfallen worden
du warst zerfallen worden
er war zerfallen worden
wir waren zerfallen worden
ihr wart zerfallen worden
sie waren zerfallen worden

Toekomende tijd I

ich werde zerfallen werden
du wirst zerfallen werden
er wird zerfallen werden
wir werden zerfallen werden
ihr werdet zerfallen werden
sie werden zerfallen werden

voltooid tegenwoordige toekomende tijd

ich werde zerfallen worden sein
du wirst zerfallen worden sein
er wird zerfallen worden sein
wir werden zerfallen worden sein
ihr werdet zerfallen worden sein
sie werden zerfallen worden sein

  • Die Stadt zerfiel . 
  • Es zerfiel in Stücke. 
  • Das alte Bauwerk zerfällt immer mehr. 

Conjunctief

De vervoeging van het werkwoord zerfallen in de conjunctief I en II en in de tijden tegenwoordige tijd, verleden tijd, perfectum, plusquamperfectum en toekomende tijd.


Konjunktief I

ich werde zerfallen
du werdest zerfallen
er werde zerfallen
wir werden zerfallen
ihr werdet zerfallen
sie werden zerfallen

Konjunktief II

ich würde zerfallen
du würdest zerfallen
er würde zerfallen
wir würden zerfallen
ihr würdet zerfallen
sie würden zerfallen

Voltooid Konj.

ich sei zerfallen worden
du seiest zerfallen worden
er sei zerfallen worden
wir seien zerfallen worden
ihr seiet zerfallen worden
sie seien zerfallen worden

Konj. volt. verl. t.

ich wäre zerfallen worden
du wärest zerfallen worden
er wäre zerfallen worden
wir wären zerfallen worden
ihr wäret zerfallen worden
sie wären zerfallen worden

Toekomende aanvoegende wijs I

ich werde zerfallen werden
du werdest zerfallen werden
er werde zerfallen werden
wir werden zerfallen werden
ihr werdet zerfallen werden
sie werden zerfallen werden

Toek. volt. aanw.

ich werde zerfallen worden sein
du werdest zerfallen worden sein
er werde zerfallen worden sein
wir werden zerfallen worden sein
ihr werdet zerfallen worden sein
sie werden zerfallen worden sein

Voorwaardelijke wijs II (würde)

Vervangende vormen van de Konjunktiv II worden vervoegd met "würde" als persoonsvorm.


Conjunctief II

ich würde zerfallen werden
du würdest zerfallen werden
er würde zerfallen werden
wir würden zerfallen werden
ihr würdet zerfallen werden
sie würden zerfallen werden

Verleden cond.

ich würde zerfallen worden sein
du würdest zerfallen worden sein
er würde zerfallen worden sein
wir würden zerfallen worden sein
ihr würdet zerfallen worden sein
sie würden zerfallen worden sein

Imperatief

De vervoegingsvormen in de gebiedende wijs Procespassief tegenwoordige tijd voor het werkwoord zerfallen


Tegenwoordige tijd

-
-
-
-

Infinitief/Deelwoord

De infinitieve vormen deelwoord en infinitief (met 'zu') in Procespassief voor zerfallen


Infinitief I


zerfallen werden
zerfallen zu werden

Infinitief II


zerfallen worden sein
zerfallen worden zu sein

Tegenwoordig deelwoord


zerfallen werdend

Participle II


zerfallen worden

  • Das Reich begann, von innen zu zerfallen . 
  • Das Spielzeug ist in seine Einzelteile zerfallen . 
  • Das koloniale Bahnhofsgebäude war halb zerfallen . 

Voorbeelden

Voorbeeldzinnen voor zerfallen


  • Die Stadt zerfiel . 
    Engels The town fell into ruin.
  • Es zerfiel in Stücke. 
    Engels It fell to pieces.
  • Das alte Bauwerk zerfällt immer mehr. 
    Engels The old building is falling apart more and more.
  • Die Tora zerfällt in fünf Bücher. 
    Engels The Torah is divided into five books.
  • Das Reich begann, von innen zu zerfallen . 
    Engels The empire began to fall apart from within.
  • Das Spielzeug ist in seine Einzelteile zerfallen . 
    Engels The toy has fallen apart into its individual parts.
  • Seine schönen Pläne zerfielen wie ein Kartenhaus. 
    Engels His beautiful plans fell apart like a house of cards.

Voorbeelden 

Vertalingen

Vertalingen van het Duitse zerfallen


Duits zerfallen
Engels decay, disintegrate, fall apart, split, collapse, disaggregate, molder, moulder
Russisch распадаться, разваливаться, разделяться, разрушаться, делиться, разлагаться, распасться, подразделяться
Spaans descomponerse, desintegrarse, caer, caer en ruina, desintegración nuclear, desmigajarse, desmoronarse, disgregarse
Frans se désintégrer, tomber en ruine, désintégration radioactive, se délabrer, se subdiviser en, se décomposer, s'effondrer, s'écrouler
Turks yıkılmak, ayrışmak, dağılmak, parçalanmak, ayrılmak, çökmek, çözülmek
Portugees desmoronar, decair, apodrecer, cair, consistir em, decaimento radioativo, decompor-se, desagregar-se
Italiaans dividersi, decadere, cadere in rovina, decadimento radioattivo, decomporsi, dissolversi, scompaginarsi, sfasciarsi
Roemeens se descompune, se destrăma, se fragmenta, se prăbuși, se împărți
Hongaars szétesik, felbomlik, oszlik, darabokra hullik, elpusztul, felbomlani, szétesni, széthullik
Pools rozpaść się, rozpadać się, rozkładać się, rozpadać, rozpaść, rozłożyć się, upadać, upaść
Grieks διαλύομαι, αποσυντίθεμαι, διαιρούμαι, διασπώμαι, καταστρέφομαι, σαπίζω, χωρίζομαι, διασπώ
Nederlands vervallen, bestaan uit, uiteenvallen, uiteenvallen in, vergaan, verweren, uit elkaar vallen, afbrokkelen
Tsjechisch rozpadat se, rozpadnout se, rozložit se, rozejít se, rozštěpit se, zaniknout, zhroutit se, členit se
Zweeds förfalla, indelas, sönderfalla, falla isär, splittras, bestå, delas, gå under
Deens falde fra hinanden, forfalde, opdele, bestå af, opføre, opløse, spalte, splittes
Japans 崩壊する, 分裂する, 分解する, 消失する, 解体する
Catalaans desintegració radioactiva, desintegrar-se, dissoldre's, caure, descompondre, desfer-se, esclatar, fragmentar
Fins hajota, rappeutua, hajoaminen, erota, halkeaminen, jakautua, mennyä, riidellä
Noors falle fra hverandre, bestå, dele seg, forfalle, gå til grunne, kollapse, oppløse, spalte
Baskisch banatu, desagertu, hustu, banandu, desegitu, iraungi, zatikatu
Servisch raspasti se, raspadati se, deliti se, nestajati, propadati, razdvojiti se, razložiti se, sastojati se
Macedonisch распаѓање, распад, гибнење
Sloveens razpadati, razdeliti se, razpasti, propadati, raziti se, razpadati se
Slowaaks rozpadnúť sa, rozložiť sa, roziť sa, roztrhnúť sa, zaniknúť
Bosnisch raspasti se, razdvojiti se, nestati, propasti, raspadati se, razložiti se, sastojati se
Kroatisch raspasti se, nestati, odvojiti se, propadati, raspadati se, razdvojiti se, razgraditi se, sastojati se od
Oekraïens розпадатися, зникати, зруйнуватися, розколюватися, руйнуватися, сваритися, складатися з частин
Bulgaars разпад, разпадане, разделяне
Wit-Russisch разбівацца, разваліцца, знікнуць, разбіцца, раздзірацца, разладжвацца, разпадацца
Hebreeuwsלהתפרק، להתפצל، להתמוטט، להתמוסס
Arabischيتفكك، ينهار، تفتت، انهار، تداعى، تفكك، تهدم
Perzischتجزیه شدن، پاشیدن، از بین رفتن، از هم پاشیدن، در هم ریختن، فروپاشی، تفکیک شدن، حل شدن
Urduبکھرنا، ٹوٹنا، حل ہونا، ختم ہونا

zerfallen in dict.cc


Vertalingen 

Doe mee


Help ons en word een held door nieuwe inzendingen toe te voegen en bestaande te beoordelen. Als dank kun je deze website zonder advertenties gebruiken zodra je een bepaald aantal punten hebt behaald.



Inloggen

Alle helden 

Definities

Betekenissen en synoniemen van zerfallen

  • [Wissenschaft] in seine Einzelteile auseinanderfallen, sich auflösen, untergehen, aufhören als Ganzes zu existieren, sich nicht aufrechterhalten können, auflösen, vergehen, bestehen, brechen
  • [Wissenschaft] in seine Einzelteile auseinanderfallen, sich auflösen, untergehen, aufhören als Ganzes zu existieren, sich nicht aufrechterhalten können, auflösen, vergehen, bestehen, brechen
  • [Wissenschaft] in seine Einzelteile auseinanderfallen, sich auflösen, untergehen, aufhören als Ganzes zu existieren, sich nicht aufrechterhalten können, auflösen, vergehen, bestehen, brechen
  • [Wissenschaft] in seine Einzelteile auseinanderfallen, sich auflösen, untergehen, aufhören als Ganzes zu existieren, sich nicht aufrechterhalten können, auflösen, vergehen, bestehen, brechen
  • [Wissenschaft] in seine Einzelteile auseinanderfallen, sich auflösen, untergehen, aufhören als Ganzes zu existieren, sich nicht aufrechterhalten können, auflösen, vergehen, bestehen, brechen
  • ...

zerfallen in openthesaurus.de

Betekenissen  Synoniemen 

Voorzetsels

Voorzetsels voor zerfallen


  • jemand/etwas zerfällt in etwas

Toepassingen  Voorzetsels 

Verbuigingsregels

Gedetailleerde regels voor vervoeging

Woordenboeken

Alle vertaalwoordenboeken

Duitse werkwoord zerfallen vervoegen

Overzicht van alle tijden van het werkwoord zerfallen


De vervoeging van het werkwoord zerfallen werden wordt online overzichtelijk weergegeven in een werkwoordschema met alle vormen in enkelvoud en meervoud, en in alle personen (1e, 2e, 3e persoon). De verbuiging van het werkwoord zerfallen werden is dus een hulpmiddel voor huiswerk, toetsen, examens, Duitse les op school, Duits leren, studie en volwasseneneducatie. Vooral voor mensen die Duits leren is het belangrijk om de juiste vervoeging en de correcte vormen (wird zerfallen - wurde zerfallen - ist zerfallen worden) te kennen. Meer informatie vind je op Wiktionary zerfallen en op zerfallen in de Duden.

zerfallen vervoeging

Tegenwoordige tijd Onvoltooid verleden tijd Conjunctief I Conjunctief II Imperatief
ich werde zerfallenwurde zerfallenwerde zerfallenwürde zerfallen-
du wirst zerfallenwurdest zerfallenwerdest zerfallenwürdest zerfallen-
er wird zerfallenwurde zerfallenwerde zerfallenwürde zerfallen-
wir werden zerfallenwurden zerfallenwerden zerfallenwürden zerfallen-
ihr werdet zerfallenwurdet zerfallenwerdet zerfallenwürdet zerfallen-
sie werden zerfallenwurden zerfallenwerden zerfallenwürden zerfallen-

indicatief Procespassief

  • Tegenwoordige tijd: ich werde zerfallen, du wirst zerfallen, er wird zerfallen, wir werden zerfallen, ihr werdet zerfallen, sie werden zerfallen
  • Onvoltooid verleden tijd: ich wurde zerfallen, du wurdest zerfallen, er wurde zerfallen, wir wurden zerfallen, ihr wurdet zerfallen, sie wurden zerfallen
  • Perfectum: ich bin zerfallen worden, du bist zerfallen worden, er ist zerfallen worden, wir sind zerfallen worden, ihr seid zerfallen worden, sie sind zerfallen worden
  • Voltooid verleden tijd: ich war zerfallen worden, du warst zerfallen worden, er war zerfallen worden, wir waren zerfallen worden, ihr wart zerfallen worden, sie waren zerfallen worden
  • Toekomende tijd I: ich werde zerfallen werden, du wirst zerfallen werden, er wird zerfallen werden, wir werden zerfallen werden, ihr werdet zerfallen werden, sie werden zerfallen werden
  • voltooid tegenwoordige toekomende tijd: ich werde zerfallen worden sein, du wirst zerfallen worden sein, er wird zerfallen worden sein, wir werden zerfallen worden sein, ihr werdet zerfallen worden sein, sie werden zerfallen worden sein

Conjunctief Procespassief

  • Tegenwoordige tijd: ich werde zerfallen, du werdest zerfallen, er werde zerfallen, wir werden zerfallen, ihr werdet zerfallen, sie werden zerfallen
  • Onvoltooid verleden tijd: ich würde zerfallen, du würdest zerfallen, er würde zerfallen, wir würden zerfallen, ihr würdet zerfallen, sie würden zerfallen
  • Perfectum: ich sei zerfallen worden, du seiest zerfallen worden, er sei zerfallen worden, wir seien zerfallen worden, ihr seiet zerfallen worden, sie seien zerfallen worden
  • Voltooid verleden tijd: ich wäre zerfallen worden, du wärest zerfallen worden, er wäre zerfallen worden, wir wären zerfallen worden, ihr wäret zerfallen worden, sie wären zerfallen worden
  • Toekomende tijd I: ich werde zerfallen werden, du werdest zerfallen werden, er werde zerfallen werden, wir werden zerfallen werden, ihr werdet zerfallen werden, sie werden zerfallen werden
  • voltooid tegenwoordige toekomende tijd: ich werde zerfallen worden sein, du werdest zerfallen worden sein, er werde zerfallen worden sein, wir werden zerfallen worden sein, ihr werdet zerfallen worden sein, sie werden zerfallen worden sein

Voorwaardelijke wijs II (würde) Procespassief

  • Onvoltooid verleden tijd: ich würde zerfallen werden, du würdest zerfallen werden, er würde zerfallen werden, wir würden zerfallen werden, ihr würdet zerfallen werden, sie würden zerfallen werden
  • Voltooid verleden tijd: ich würde zerfallen worden sein, du würdest zerfallen worden sein, er würde zerfallen worden sein, wir würden zerfallen worden sein, ihr würdet zerfallen worden sein, sie würden zerfallen worden sein

Imperatief Procespassief

  • Tegenwoordige tijd: -, -, -, -

Infinitief/Deelwoord Procespassief

  • Infinitief I: zerfallen werden, zerfallen zu werden
  • Infinitief II: zerfallen worden sein, zerfallen worden zu sein
  • Tegenwoordig deelwoord: zerfallen werdend
  • Participle II: zerfallen worden

Opmerkingen



Inloggen

* De zinnen van Tatoeba (tatoeba.org) zijn gratis beschikbaar onder de CC BY 2.0 FR (creativecommons.org/licenses/by/2.0/fr/) licentie. Sommige zijn aangepast. De auteurs van de zinnen zijn te vinden via: 1921205, 2183677, 8890294, 7996096, 1499523

* De zinnen uit Wiktionary (de.wiktionary.org) zijn vrij beschikbaar onder de licentie CC BY-SA 3.0 (creativecommons.org/licenses/by-sa/3.0/deed.de). Sommige zijn aangepast. De auteurs van de zinnen zijn te vinden via de volgende links: 173341, 782515, 173341

* De definities zijn deels afkomstig van Wiktionary (de.wiktionary.org) en kunnen achteraf zijn gewijzigd. Ze zijn vrij beschikbaar onder de CC-BY-SA 3.0 (creativecommons.org/licenses/by-sa/3.0) licentie: 173341, 173341, 173341, 173341, 173341

* De synoniemen zijn deels afkomstig van OpenThesaurus (openthesaurus.de) en kunnen achteraf zijn aangepast. Ze zijn vrij beschikbaar onder de CC-BY-SA 4.0 (creativecommons.org/licenses/by-sa/4.0) licentie: zerfallen