Vervoeging van het Duitse werkwoord verreiben

De vervoeging van het werkwoord verreiben (uitsmeren, uitwrijven) is onregelmatig. De basisvormen zijn verreibt, verrieb en hat verrieben. De ablaut vindt plaats met de stamklinkers ei - ie - ie. Het hulpwerkwoord van verreiben is "haben". Het voorvoegsel ver- van verreiben is onscheidbaar. De verbuiging vindt plaats in het Actief en wordt gebruikt als Hoofdzin. Voor een beter begrip zijn talloze voorbeelden van het werkwoord verreiben beschikbaar. Voor oefenen en consolidatie zijn er ook gratis werkbladen voor verreiben. Je kunt niet alleen verreiben vervoegen, maar ook alle Duitse werkwoorden. Het werkwoord behoort tot de woordenschat van het Zertifikat Deutsch of niveau C2. Opmerkingen

C2 · onregelmatig · haben · onlosmakelijk

verreiben

verreibt · verrieb · hat verrieben

 Verandering van de stamklinker  ei - ie - ie 

Engels grind, bray, comminute, levigate, rub, rub (to a powder), rub in, spread, spred

/fɛɐˈʁaɪ̯bən/ · /fɛɐˈʁaɪ̯pt/ · /fɛɐˈʁiːp/ · /fɛɐˈʁiːbə/ · /fɛɐˈʁiːbn̩/

(mit kreisenden/reibenden Bewegungen) auf einem Untergrund verteilen; verteilen, verschmieren

(acc.)

» Ich verreibe das Desinfektionsmittel über Hände und Unterarme. Engels I rub the disinfectant over my hands and forearms.

De eenvoudig vervoegde werkwoordsvormen in de tegenwoordige, verleden, gebiedende en aanvoegende wijs van verreiben

Tegenwoordige tijd

ich verreib(e)⁵
du verreibst
er verreibt
wir verreiben
ihr verreibt
sie verreiben

Onvoltooid verleden tijd

ich verrieb
du verriebst
er verrieb
wir verrieben
ihr verriebt
sie verrieben

Imperatief

-
verreib(e)⁵ (du)
-
verreiben wir
verreibt (ihr)
verreiben Sie

Konjunktief I

ich verreibe
du verreibest
er verreibe
wir verreiben
ihr verreibet
sie verreiben

Konjunktief II

ich verriebe
du verriebest
er verriebe
wir verrieben
ihr verriebet
sie verrieben

Infinitief

verreiben
zu verreiben

Deelwoord

verreibend
verrieben

⁵ Alleen in informeel taalgebruik


indicatief

Het werkwoord verreiben vervoegd in de aantonende wijs Actief in de tijden tegenwoordige, verleden en toekomende tijd


Tegenwoordige tijd

ich verreib(e)⁵
du verreibst
er verreibt
wir verreiben
ihr verreibt
sie verreiben

Onvoltooid verleden tijd

ich verrieb
du verriebst
er verrieb
wir verrieben
ihr verriebt
sie verrieben

Perfectum

ich habe verrieben
du hast verrieben
er hat verrieben
wir haben verrieben
ihr habt verrieben
sie haben verrieben

Volt. verl. tijd

ich hatte verrieben
du hattest verrieben
er hatte verrieben
wir hatten verrieben
ihr hattet verrieben
sie hatten verrieben

Toekomende tijd I

ich werde verreiben
du wirst verreiben
er wird verreiben
wir werden verreiben
ihr werdet verreiben
sie werden verreiben

voltooid tegenwoordige toekomende tijd

ich werde verrieben haben
du wirst verrieben haben
er wird verrieben haben
wir werden verrieben haben
ihr werdet verrieben haben
sie werden verrieben haben

⁵ Alleen in informeel taalgebruik


  • Ich verreibe das Desinfektionsmittel über Hände und Unterarme. 

Conjunctief

De vervoeging van het werkwoord verreiben in de conjunctief I en II en in de tijden tegenwoordige tijd, verleden tijd, perfectum, plusquamperfectum en toekomende tijd.


Konjunktief I

ich verreibe
du verreibest
er verreibe
wir verreiben
ihr verreibet
sie verreiben

Konjunktief II

ich verriebe
du verriebest
er verriebe
wir verrieben
ihr verriebet
sie verrieben

Voltooid Konj.

ich habe verrieben
du habest verrieben
er habe verrieben
wir haben verrieben
ihr habet verrieben
sie haben verrieben

Konj. volt. verl. t.

ich hätte verrieben
du hättest verrieben
er hätte verrieben
wir hätten verrieben
ihr hättet verrieben
sie hätten verrieben

Toekomende aanvoegende wijs I

ich werde verreiben
du werdest verreiben
er werde verreiben
wir werden verreiben
ihr werdet verreiben
sie werden verreiben

Toek. volt. aanw.

ich werde verrieben haben
du werdest verrieben haben
er werde verrieben haben
wir werden verrieben haben
ihr werdet verrieben haben
sie werden verrieben haben

Voorwaardelijke wijs II (würde)

Vervangende vormen van de Konjunktiv II worden vervoegd met "würde" als persoonsvorm.


Conjunctief II

ich würde verreiben
du würdest verreiben
er würde verreiben
wir würden verreiben
ihr würdet verreiben
sie würden verreiben

Verleden cond.

ich würde verrieben haben
du würdest verrieben haben
er würde verrieben haben
wir würden verrieben haben
ihr würdet verrieben haben
sie würden verrieben haben

Imperatief

De vervoegingsvormen in de gebiedende wijs Actief tegenwoordige tijd voor het werkwoord verreiben


Tegenwoordige tijd

verreib(e)⁵ (du)
verreiben wir
verreibt (ihr)
verreiben Sie

⁵ Alleen in informeel taalgebruik

Infinitief/Deelwoord

De infinitieve vormen deelwoord en infinitief (met 'zu') in Actief voor verreiben


Infinitief I


verreiben
zu verreiben

Infinitief II


verrieben haben
verrieben zu haben

Tegenwoordig deelwoord


verreibend

Participle II


verrieben

Voorbeelden

Voorbeeldzinnen voor verreiben


  • Ich verreibe das Desinfektionsmittel über Hände und Unterarme. 
    Engels I rub the disinfectant over my hands and forearms.

Voorbeelden 

Vertalingen

Vertalingen van het Duitse verreiben


Duits verreiben
Engels grind, bray, comminute, levigate, rub, rub (to a powder), rub in, spread
Russisch растирать, истереть, истирать, размазывать, растереть
Spaans distribuir por vaivén, esparcir, frotar
Frans appliquer, frotter, étaler
Turks ovarak yaymak, sürmek, yaymak
Portugees esfregar, ralar
Italiaans frizionare, spalmare
Roemeens freca, răspândi
Hongaars elkenni, elteríteni
Pools rozcierać, rozetrzeć, rozsmarować, ucierać, utrzeć, wcierać
Grieks αλέθω, αλείφω, τρίβω
Nederlands uitsmeren, uitwrijven, vermalen, wrijven
Tsjechisch rozetřít, roztírat, vtírat
Zweeds fördela, gnugga
Deens fordele, gnide
Japans すり込む, 擦り付ける
Catalaans esmicolar, fregar
Fins hankaaminen, levittäminen
Noors gnisse, smuldre
Baskisch banatu, zabaldu
Servisch rasporediti, trljati
Macedonisch размачкувам, размачкување
Sloveens razporediti, vtreti
Slowaaks rozotrieť, rozprestrieť
Bosnisch razmazati, trljati
Kroatisch razmazati, trljati
Oekraïens втирати, розтирати
Bulgaars разпределям, разтривам
Wit-Russisch размяркоўваць, разціраць
Indonesisch oleskan
Vietnamees bôi
Oezbeeks tarqatmoq
Hindi रगड़कर फैलाना
Chinees 涂抹
Thais ถู
Koreaans 문지르다
Azerbeidzjaans sürtmək, çəkmək
Georgisch დაზელვა
Bengaals ঘষে ছড়ানো
Albanees shpërndaj
Marathi रगडून पसरवणे
Nepalees घिसेर लगाउनु
Telugu పూయడం, రుద్దడం
Lets izsmērēt
Tamil தேய்தல், பூசுதல்
Ests hõõruma, määrima
Armeens քսել
Koerdisch malîşîn
Hebreeuwsלמרוח، לשפשף
Arabischدلك، فرك
Perzischمالیدن، پخش کردن
Urduرگڑنا، ملانا

verreiben in dict.cc


Vertalingen 

Doe mee


Help ons en word een held door nieuwe inzendingen toe te voegen en bestaande te beoordelen. Als dank kun je deze website zonder advertenties gebruiken zodra je een bepaald aantal punten hebt behaald.



Inloggen

Alle helden 

Definities

Betekenissen en synoniemen van verreiben

  • (mit kreisenden/reibenden Bewegungen) auf einem Untergrund verteilen, verteilen, verschmieren

verreiben in openthesaurus.de

Betekenissen  Synoniemen 

Verbuigingsregels

Gedetailleerde regels voor vervoeging

Woordenboeken

Alle vertaalwoordenboeken

Duitse werkwoord verreiben vervoegen

Overzicht van alle tijden van het werkwoord verreiben


De vervoeging van het werkwoord verreiben wordt online overzichtelijk weergegeven in een werkwoordschema met alle vormen in enkelvoud en meervoud, en in alle personen (1e, 2e, 3e persoon). De verbuiging van het werkwoord verreiben is dus een hulpmiddel voor huiswerk, toetsen, examens, Duitse les op school, Duits leren, studie en volwasseneneducatie. Vooral voor mensen die Duits leren is het belangrijk om de juiste vervoeging en de correcte vormen (verreibt - verrieb - hat verrieben) te kennen. Meer informatie vind je op Wiktionary verreiben en op verreiben in de Duden.

verreiben vervoeging

Tegenwoordige tijd Onvoltooid verleden tijd Conjunctief I Conjunctief II Imperatief
ich verreib(e)verriebverreibeverriebe-
du verreibstverriebstverreibestverriebestverreib(e)
er verreibtverriebverreibeverriebe-
wir verreibenverriebenverreibenverriebenverreiben
ihr verreibtverriebtverreibetverriebetverreibt
sie verreibenverriebenverreibenverriebenverreiben

indicatief Actief

  • Tegenwoordige tijd: ich verreib(e), du verreibst, er verreibt, wir verreiben, ihr verreibt, sie verreiben
  • Onvoltooid verleden tijd: ich verrieb, du verriebst, er verrieb, wir verrieben, ihr verriebt, sie verrieben
  • Perfectum: ich habe verrieben, du hast verrieben, er hat verrieben, wir haben verrieben, ihr habt verrieben, sie haben verrieben
  • Voltooid verleden tijd: ich hatte verrieben, du hattest verrieben, er hatte verrieben, wir hatten verrieben, ihr hattet verrieben, sie hatten verrieben
  • Toekomende tijd I: ich werde verreiben, du wirst verreiben, er wird verreiben, wir werden verreiben, ihr werdet verreiben, sie werden verreiben
  • voltooid tegenwoordige toekomende tijd: ich werde verrieben haben, du wirst verrieben haben, er wird verrieben haben, wir werden verrieben haben, ihr werdet verrieben haben, sie werden verrieben haben

Conjunctief Actief

  • Tegenwoordige tijd: ich verreibe, du verreibest, er verreibe, wir verreiben, ihr verreibet, sie verreiben
  • Onvoltooid verleden tijd: ich verriebe, du verriebest, er verriebe, wir verrieben, ihr verriebet, sie verrieben
  • Perfectum: ich habe verrieben, du habest verrieben, er habe verrieben, wir haben verrieben, ihr habet verrieben, sie haben verrieben
  • Voltooid verleden tijd: ich hätte verrieben, du hättest verrieben, er hätte verrieben, wir hätten verrieben, ihr hättet verrieben, sie hätten verrieben
  • Toekomende tijd I: ich werde verreiben, du werdest verreiben, er werde verreiben, wir werden verreiben, ihr werdet verreiben, sie werden verreiben
  • voltooid tegenwoordige toekomende tijd: ich werde verrieben haben, du werdest verrieben haben, er werde verrieben haben, wir werden verrieben haben, ihr werdet verrieben haben, sie werden verrieben haben

Voorwaardelijke wijs II (würde) Actief

  • Onvoltooid verleden tijd: ich würde verreiben, du würdest verreiben, er würde verreiben, wir würden verreiben, ihr würdet verreiben, sie würden verreiben
  • Voltooid verleden tijd: ich würde verrieben haben, du würdest verrieben haben, er würde verrieben haben, wir würden verrieben haben, ihr würdet verrieben haben, sie würden verrieben haben

Imperatief Actief

  • Tegenwoordige tijd: verreib(e) (du), verreiben wir, verreibt (ihr), verreiben Sie

Infinitief/Deelwoord Actief

  • Infinitief I: verreiben, zu verreiben
  • Infinitief II: verrieben haben, verrieben zu haben
  • Tegenwoordig deelwoord: verreibend
  • Participle II: verrieben

Opmerkingen



Inloggen

* De definities zijn deels afkomstig van Wiktionary (de.wiktionary.org) en kunnen achteraf zijn gewijzigd. Ze zijn vrij beschikbaar onder de CC-BY-SA 3.0 (creativecommons.org/licenses/by-sa/3.0) licentie: 849580

* De zinnen uit Wiktionary (de.wiktionary.org) zijn vrij beschikbaar onder de licentie CC BY-SA 3.0 (creativecommons.org/licenses/by-sa/3.0/deed.de). Sommige zijn aangepast. De auteurs van de zinnen zijn te vinden via de volgende links: 849580