Vervoeging van het Duitse werkwoord tappen (hat) ⟨Bijzin⟩

De vervoeging van het werkwoord tappen (grijpen, stampen) is regelmatig. De basisvormen zijn ... tappt, ... tappte en ... getappt hat. Het hulpwerkwoord van tappen is "haben". Er zijn echter ook tijden met het hulpwerkwoord "sein". De verbuiging vindt plaats in het Actief en wordt gebruikt als Bijzin. Voor een beter begrip zijn talloze voorbeelden van het werkwoord tappen beschikbaar. Voor oefenen en consolidatie zijn er ook gratis werkbladen voor tappen. Je kunt niet alleen tappen vervoegen, maar ook alle Duitse werkwoorden. Het werkwoord behoort tot de woordenschat van het Zertifikat Deutsch of niveau C2. Opmerkingen

haben
tappen
sein
tappen

C2 · regelmatig · haben

tappen

... tappt · ... tappte · ... getappt hat

Engels grope, fumble, groping, stomp, thud

mit den Füßen dumpf stampfen; unsicher nach etwas greifen; klopfen, stampfen

(acc., nach+D)

De eenvoudig vervoegde werkwoordsvormen in de tegenwoordige, verleden, gebiedende en aanvoegende wijs van tappen (hat)

Tegenwoordige tijd

... ich tapp(e)⁵
... du tappst
... er tappt
... wir tappen
... ihr tappt
... sie tappen

Onvoltooid verleden tijd

... ich tappte
... du tapptest
... er tappte
... wir tappten
... ihr tapptet
... sie tappten

Imperatief

-
tapp(e)⁵ (du)
-
tappen wir
tappt (ihr)
tappen Sie

Konjunktief I

... ich tappe
... du tappest
... er tappe
... wir tappen
... ihr tappet
... sie tappen

Konjunktief II

... ich tappte
... du tapptest
... er tappte
... wir tappten
... ihr tapptet
... sie tappten

Infinitief

tappen
zu tappen

Deelwoord

tappend
getappt

⁵ Alleen in informeel taalgebruik


indicatief

Het werkwoord tappen (hat) vervoegd in de aantonende wijs Actief in de tijden tegenwoordige, verleden en toekomende tijd


Tegenwoordige tijd

... ich tapp(e)⁵
... du tappst
... er tappt
... wir tappen
... ihr tappt
... sie tappen

Onvoltooid verleden tijd

... ich tappte
... du tapptest
... er tappte
... wir tappten
... ihr tapptet
... sie tappten

Perfectum

... ich getappt habe
... du getappt hast
... er getappt hat
... wir getappt haben
... ihr getappt habt
... sie getappt haben

Volt. verl. tijd

... ich getappt hatte
... du getappt hattest
... er getappt hatte
... wir getappt hatten
... ihr getappt hattet
... sie getappt hatten

Toekomende tijd I

... ich tappen werde
... du tappen wirst
... er tappen wird
... wir tappen werden
... ihr tappen werdet
... sie tappen werden

voltooid tegenwoordige toekomende tijd

... ich getappt haben werde
... du getappt haben wirst
... er getappt haben wird
... wir getappt haben werden
... ihr getappt haben werdet
... sie getappt haben werden

⁵ Alleen in informeel taalgebruik

Conjunctief

De vervoeging van het werkwoord tappen (hat) in de conjunctief I en II en in de tijden tegenwoordige tijd, verleden tijd, perfectum, plusquamperfectum en toekomende tijd.


Konjunktief I

... ich tappe
... du tappest
... er tappe
... wir tappen
... ihr tappet
... sie tappen

Konjunktief II

... ich tappte
... du tapptest
... er tappte
... wir tappten
... ihr tapptet
... sie tappten

Voltooid Konj.

... ich getappt habe
... du getappt habest
... er getappt habe
... wir getappt haben
... ihr getappt habet
... sie getappt haben

Konj. volt. verl. t.

... ich getappt hätte
... du getappt hättest
... er getappt hätte
... wir getappt hätten
... ihr getappt hättet
... sie getappt hätten

Toekomende aanvoegende wijs I

... ich tappen werde
... du tappen werdest
... er tappen werde
... wir tappen werden
... ihr tappen werdet
... sie tappen werden

Toek. volt. aanw.

... ich getappt haben werde
... du getappt haben werdest
... er getappt haben werde
... wir getappt haben werden
... ihr getappt haben werdet
... sie getappt haben werden

Voorwaardelijke wijs II (würde)

Vervangende vormen van de Konjunktiv II worden vervoegd met "würde" als persoonsvorm.


Conjunctief II

... ich tappen würde
... du tappen würdest
... er tappen würde
... wir tappen würden
... ihr tappen würdet
... sie tappen würden

Verleden cond.

... ich getappt haben würde
... du getappt haben würdest
... er getappt haben würde
... wir getappt haben würden
... ihr getappt haben würdet
... sie getappt haben würden

Imperatief

De vervoegingsvormen in de gebiedende wijs Actief tegenwoordige tijd voor het werkwoord tappen (hat)


Tegenwoordige tijd

tapp(e)⁵ (du)
tappen wir
tappt (ihr)
tappen Sie

⁵ Alleen in informeel taalgebruik

Infinitief/Deelwoord

De infinitieve vormen deelwoord en infinitief (met 'zu') in Actief voor tappen (hat)


Infinitief I


tappen
zu tappen

Infinitief II


getappt haben
getappt zu haben

Tegenwoordig deelwoord


tappend

Participle II


getappt

Vertalingen

Vertalingen van het Duitse tappen (hat)


Duits tappen (hat)
Engels grope, fumble, groping, stomp, thud
Russisch топать, брести на ощупь, идти неуверенным шагом, искать на ощупь, нащупывать, прощупывать
Spaans golpear, palpar, patear, tocar
Frans chercher en tâtonnant, frapper, taper, tâtonner
Turks basmak, dampfnak, kararsızca uzanmak
Portugees apalpar, batucar, pisar, tatear
Italiaans cercare tastoni, afferrare, battere, cercare, colpire
Roemeens pipăi, bătăi, căuta
Hongaars böngész, tapogatni, tapogatózik, tapogatózni
Pools stąpać, sięgać niepewnie, tupać
Grieks πατάω, αγγίζω, σφύριγμα, ψάχνω
Nederlands grijpen, stampen, tasten, trappen
Tsjechisch tápat, šmátrat, dupání, hmataní, tápání
Zweeds dampa, gripa, ta
Deens gribe, tage fat i, trampe
Japans つかもうとする, 手探りする, 足でドンと踏む
Catalaans agafar, tocar, trepitjar
Fins tarttuminen, tömistää
Noors fingre, trampe
Baskisch tapa, ukitu, zapaltzea
Servisch kucati, tapkati, tapšati
Macedonisch пипање, тапка
Sloveens se dotakniti, tapkanje, tipati
Slowaaks dupotať, stĺpať, tápajúci
Bosnisch tapkanje, kucanje, neodlučno hvatanje
Kroatisch tapkanje, kucanje, neodlučno hvatanje
Oekraïens тупотіти, намацувати, потягуватися
Bulgaars докосване, пипане, тъпча
Wit-Russisch дотык, таптаць, шукаць
Hebreeuwsלגעת، לדרוך
Arabischتلمس، خبط، دق
Perzischدست زدن، لمس کردن، پامال زدن، پامال کردن
Urduپاؤں سے ٹھوکر مارنا، چھیڑنا، ہاتھ بڑھانا

tappen (hat) in dict.cc


Vertalingen 

Doe mee


Help ons en word een held door nieuwe inzendingen toe te voegen en bestaande te beoordelen. Als dank kun je deze website zonder advertenties gebruiken zodra je een bepaald aantal punten hebt behaald.



Inloggen

Alle helden 

Definities

Betekenissen en synoniemen van tappen (hat)

  • mit den Füßen dumpf stampfen, unsicher nach etwas greifen, klopfen, stampfen
  • mit den Füßen dumpf stampfen, unsicher nach etwas greifen, klopfen, stampfen
  • mit den Füßen dumpf stampfen, unsicher nach etwas greifen, klopfen, stampfen

tappen (hat) in openthesaurus.de

Betekenissen  Synoniemen 

Voorzetsels

Voorzetsels voor tappen (hat)


  • jemand/etwas tappt nach etwas

Toepassingen  Voorzetsels 

Verbuigingsregels

Gedetailleerde regels voor vervoeging

Woordenboeken

Alle vertaalwoordenboeken

Duitse werkwoord tappen vervoegen

Overzicht van alle tijden van het werkwoord tappen (hat)


De vervoeging van het werkwoord tappen wordt online overzichtelijk weergegeven in een werkwoordschema met alle vormen in enkelvoud en meervoud, en in alle personen (1e, 2e, 3e persoon). De verbuiging van het werkwoord tappen is dus een hulpmiddel voor huiswerk, toetsen, examens, Duitse les op school, Duits leren, studie en volwasseneneducatie. Vooral voor mensen die Duits leren is het belangrijk om de juiste vervoeging en de correcte vormen (... tappt - ... tappte - ... getappt hat) te kennen. Meer informatie vind je op Wiktionary tappen en op tappen in de Duden.

tappen vervoeging

Tegenwoordige tijd Onvoltooid verleden tijd Conjunctief I Conjunctief II Imperatief
ich ... tapp(e)... tappte... tappe... tappte-
du ... tappst... tapptest... tappest... tapptesttapp(e)
er ... tappt... tappte... tappe... tappte-
wir ... tappen... tappten... tappen... tapptentappen
ihr ... tappt... tapptet... tappet... tapptettappt
sie ... tappen... tappten... tappen... tapptentappen

indicatief Actief

  • Tegenwoordige tijd: ... ich tapp(e), ... du tappst, ... er tappt, ... wir tappen, ... ihr tappt, ... sie tappen
  • Onvoltooid verleden tijd: ... ich tappte, ... du tapptest, ... er tappte, ... wir tappten, ... ihr tapptet, ... sie tappten
  • Perfectum: ... ich getappt habe, ... du getappt hast, ... er getappt hat, ... wir getappt haben, ... ihr getappt habt, ... sie getappt haben
  • Voltooid verleden tijd: ... ich getappt hatte, ... du getappt hattest, ... er getappt hatte, ... wir getappt hatten, ... ihr getappt hattet, ... sie getappt hatten
  • Toekomende tijd I: ... ich tappen werde, ... du tappen wirst, ... er tappen wird, ... wir tappen werden, ... ihr tappen werdet, ... sie tappen werden
  • voltooid tegenwoordige toekomende tijd: ... ich getappt haben werde, ... du getappt haben wirst, ... er getappt haben wird, ... wir getappt haben werden, ... ihr getappt haben werdet, ... sie getappt haben werden

Conjunctief Actief

  • Tegenwoordige tijd: ... ich tappe, ... du tappest, ... er tappe, ... wir tappen, ... ihr tappet, ... sie tappen
  • Onvoltooid verleden tijd: ... ich tappte, ... du tapptest, ... er tappte, ... wir tappten, ... ihr tapptet, ... sie tappten
  • Perfectum: ... ich getappt habe, ... du getappt habest, ... er getappt habe, ... wir getappt haben, ... ihr getappt habet, ... sie getappt haben
  • Voltooid verleden tijd: ... ich getappt hätte, ... du getappt hättest, ... er getappt hätte, ... wir getappt hätten, ... ihr getappt hättet, ... sie getappt hätten
  • Toekomende tijd I: ... ich tappen werde, ... du tappen werdest, ... er tappen werde, ... wir tappen werden, ... ihr tappen werdet, ... sie tappen werden
  • voltooid tegenwoordige toekomende tijd: ... ich getappt haben werde, ... du getappt haben werdest, ... er getappt haben werde, ... wir getappt haben werden, ... ihr getappt haben werdet, ... sie getappt haben werden

Voorwaardelijke wijs II (würde) Actief

  • Onvoltooid verleden tijd: ... ich tappen würde, ... du tappen würdest, ... er tappen würde, ... wir tappen würden, ... ihr tappen würdet, ... sie tappen würden
  • Voltooid verleden tijd: ... ich getappt haben würde, ... du getappt haben würdest, ... er getappt haben würde, ... wir getappt haben würden, ... ihr getappt haben würdet, ... sie getappt haben würden

Imperatief Actief

  • Tegenwoordige tijd: tapp(e) (du), tappen wir, tappt (ihr), tappen Sie

Infinitief/Deelwoord Actief

  • Infinitief I: tappen, zu tappen
  • Infinitief II: getappt haben, getappt zu haben
  • Tegenwoordig deelwoord: tappend
  • Participle II: getappt

Opmerkingen



Inloggen

* De definities zijn deels afkomstig van Wiktionary (de.wiktionary.org) en kunnen achteraf zijn gewijzigd. Ze zijn vrij beschikbaar onder de CC-BY-SA 3.0 (creativecommons.org/licenses/by-sa/3.0) licentie: 354004, 354004, 354004