Vervoeging van het Duitse werkwoord klagen ⟨Bijzin⟩

De vervoeging van het werkwoord klagen (klagen, aanklagen) is regelmatig. De basisvormen zijn ... klagt, ... klagte en ... geklagt hat. Het hulpwerkwoord van klagen is "haben". De verbuiging vindt plaats in het Actief en wordt gebruikt als Bijzin. Voor een beter begrip zijn talloze voorbeelden van het werkwoord klagen beschikbaar. Voor oefenen en consolidatie zijn er ook gratis werkbladen voor klagen. Je kunt niet alleen klagen vervoegen, maar ook alle Duitse werkwoorden. Het werkwoord behoort tot de woordenschat van het Zertifikat Deutsch of niveau B2. Opmerkingen

Video 

B2 · regelmatig · haben

klagen

... klagt · ... klagte · ... geklagt hat

Engels complain, lament, sue, wail, bewail, bring an action, bring an action (against), bring to trial, complain (of), complain about, complain of, elegise, elegize, file a suit, go to court, go to law, litigate, moan, mourn, take to court, worry

/ˈklaːɡən/ · /ˈklaːkt/ · /ˈklaːktə/ · /ˈklaːɡənt/ · /ɡəˈklaːkt/

[…, Recht, Tiere] einen Verlust bejammern; Unzufriedenheit über eine Situation äußern; trauern, beschweren, erzählen, prozessieren

(dat., acc., wegen+D, um+A, über+A, bei+D, gegen+A, auf+A)

» Sie klagen immer. Engels They always complain.

De eenvoudig vervoegde werkwoordsvormen in de tegenwoordige, verleden, gebiedende en aanvoegende wijs van klagen

Tegenwoordige tijd

... ich klag(e)⁵
... du klagst
... er klagt
... wir klagen
... ihr klagt
... sie klagen

Onvoltooid verleden tijd

... ich klagte
... du klagtest
... er klagte
... wir klagten
... ihr klagtet
... sie klagten

Imperatief

-
klag(e)⁵ (du)
-
klagen wir
klagt (ihr)
klagen Sie

Konjunktief I

... ich klage
... du klagest
... er klage
... wir klagen
... ihr klaget
... sie klagen

Konjunktief II

... ich klagte
... du klagtest
... er klagte
... wir klagten
... ihr klagtet
... sie klagten

Infinitief

klagen
zu klagen

Deelwoord

klagend
geklagt

⁵ Alleen in informeel taalgebruik


indicatief

Het werkwoord klagen vervoegd in de aantonende wijs Actief in de tijden tegenwoordige, verleden en toekomende tijd


Tegenwoordige tijd

... ich klag(e)⁵
... du klagst
... er klagt
... wir klagen
... ihr klagt
... sie klagen

Onvoltooid verleden tijd

... ich klagte
... du klagtest
... er klagte
... wir klagten
... ihr klagtet
... sie klagten

Perfectum

... ich geklagt habe
... du geklagt hast
... er geklagt hat
... wir geklagt haben
... ihr geklagt habt
... sie geklagt haben

Volt. verl. tijd

... ich geklagt hatte
... du geklagt hattest
... er geklagt hatte
... wir geklagt hatten
... ihr geklagt hattet
... sie geklagt hatten

Toekomende tijd I

... ich klagen werde
... du klagen wirst
... er klagen wird
... wir klagen werden
... ihr klagen werdet
... sie klagen werden

voltooid tegenwoordige toekomende tijd

... ich geklagt haben werde
... du geklagt haben wirst
... er geklagt haben wird
... wir geklagt haben werden
... ihr geklagt haben werdet
... sie geklagt haben werden

⁵ Alleen in informeel taalgebruik


  • Sie klagen immer. 
  • Ken klagte über Kopfschmerzen. 
  • Ich klagte über heftige Zahnschmerzen. 

Conjunctief

De vervoeging van het werkwoord klagen in de conjunctief I en II en in de tijden tegenwoordige tijd, verleden tijd, perfectum, plusquamperfectum en toekomende tijd.


Konjunktief I

... ich klage
... du klagest
... er klage
... wir klagen
... ihr klaget
... sie klagen

Konjunktief II

... ich klagte
... du klagtest
... er klagte
... wir klagten
... ihr klagtet
... sie klagten

Voltooid Konj.

... ich geklagt habe
... du geklagt habest
... er geklagt habe
... wir geklagt haben
... ihr geklagt habet
... sie geklagt haben

Konj. volt. verl. t.

... ich geklagt hätte
... du geklagt hättest
... er geklagt hätte
... wir geklagt hätten
... ihr geklagt hättet
... sie geklagt hätten

Toekomende aanvoegende wijs I

... ich klagen werde
... du klagen werdest
... er klagen werde
... wir klagen werden
... ihr klagen werdet
... sie klagen werden

Toek. volt. aanw.

... ich geklagt haben werde
... du geklagt haben werdest
... er geklagt haben werde
... wir geklagt haben werden
... ihr geklagt haben werdet
... sie geklagt haben werden

  • Wenn du Not hast, so klage sie dir und keinem anderen. 

Voorwaardelijke wijs II (würde)

Vervangende vormen van de Konjunktiv II worden vervoegd met "würde" als persoonsvorm.


Conjunctief II

... ich klagen würde
... du klagen würdest
... er klagen würde
... wir klagen würden
... ihr klagen würdet
... sie klagen würden

Verleden cond.

... ich geklagt haben würde
... du geklagt haben würdest
... er geklagt haben würde
... wir geklagt haben würden
... ihr geklagt haben würdet
... sie geklagt haben würden

Imperatief

De vervoegingsvormen in de gebiedende wijs Actief tegenwoordige tijd voor het werkwoord klagen


Tegenwoordige tijd

klag(e)⁵ (du)
klagen wir
klagt (ihr)
klagen Sie

⁵ Alleen in informeel taalgebruik

Infinitief/Deelwoord

De infinitieve vormen deelwoord en infinitief (met 'zu') in Actief voor klagen


Infinitief I


klagen
zu klagen

Infinitief II


geklagt haben
geklagt zu haben

Tegenwoordig deelwoord


klagend

Participle II


geklagt

  • Dagegen haben Journalisten geklagt . 
  • Deshalb haben Bäuerinnen und Bauern gegen Shell geklagt . 
  • Die Erben wollen vielleicht vor Gericht klagen . 

Voorbeelden

Voorbeeldzinnen voor klagen


  • Sie klagen immer. 
    Engels They always complain.
  • Ken klagte über Kopfschmerzen. 
    Engels Ken complained of a headache.
  • Dagegen haben Journalisten geklagt . 
    Engels Journalists have complained about this.
  • Ich klagte über heftige Zahnschmerzen. 
    Engels I complained about severe toothache.
  • Sie klagt über häufige Kopfschmerzen. 
    Engels She complains of frequent headaches.
  • Immer klagst du über Probleme. 
    Engels You always complain about problems.
  • Bauern klagen immer über das Wetter. 
    Engels Farmers always complain about the weather.

Voorbeelden 

Vertalingen

Vertalingen van het Duitse klagen


Duits klagen
Engels complain, lament, sue, wail, bewail, bring an action, bring an action (against), bring to trial
Russisch жаловаться, оплакивать, судиться, подавать в суд, оплакать, плакаться, подавать, подавать иск
Spaans quejarse, lamentar, demandar, demandar contra, dolerse de, entablar un pleito, lamentarse, lamentarse de
Frans se plaindre, se lamenter, clapir, déplorer, geindre, pleurer, porter plainte, porter plainte contre
Turks şikayet etmek, dava açmak, yakınmak, ağlamak, sızlanmak
Portugees queixar-se, lamentar, processar, reclamar, apresentar queixa, lamentar-se, lastimar-se, litigar
Italiaans lamentare, lamentarsi, denunciare, piangere, accusare, confidare, fare causa, lagnarsi
Roemeens plânge, se plânge, acționa în justiție, plânge o pierdere, reclama, se lamenta
Hongaars panaszkodik, perel, panaszkodni, panaszt tesz, perelni, siratni, siránkozik, sír
Pools narzekać, pozwać, skarga, skarżyć, lamentować, narzekać na, pozywać, pozywać o
Grieks παραπονιέμαι, θρηνώ, καταγγέλλω, αγωγή, ασκώ αγωγή, γκρινιάζω, διαμαρτυρία, ενάγω
Nederlands klagen, aanklagen, een eis doen, een rechtsvordering instellen, jammeren, treuren, zeuren, zijn beklag doen
Tsjechisch naříkat, stěžovat si, žalovat, zažalovat
Zweeds klaga, föra inför domstol, stämma, sörja, väcka åtal, anklaga, klagomål
Deens klage, jamre sig
Japans 不満を言う, 訴える, 告訴する, 嘆く, 不平を言う, 苦情を言う
Catalaans queixar-se, denunciar, lamentar-se, lamentar, plorar
Fins valittaa, kannella, nostaa syyte, nurista, surra, voivotella
Noors klage, klaging
Baskisch kexa, epaitegira jo, galera salatu, kexatu, salaketa
Servisch tužiti, žaliti, tužiti se, žaliti se
Macedonisch жалење, жалам, жали, плач, плачење, тужам
Sloveens pritoževati se, tožiti, žalovati, žaliti se
Slowaaks sťažovať sa, žalovať, naťažovať, súdiť, ťažoba
Bosnisch tužiti, žaliti, tužiti se, žaliti se
Kroatisch tužiti, žaliti, prigovarati, žaliti se
Oekraïens скаржитися, жалітися, подавати в суд, оплакувати, скаржитись
Bulgaars жаля, оплаквам, съдебно дело, съдя
Wit-Russisch скардзіцца, жалоба, падаваць у суд, скарга
Indonesisch mengadu, mengeluh, menggugat, berduka, mengajukan gugatan, meratapi
Vietnamees kiện, phàn nàn, khởi kiện, kêu ca, than khóc, than phiền, than thở, thương tiếc
Oezbeeks nola qilmoq, shikoyat qilmoq, da'vo qilish, da'vo qilmoq, g'ingshimoq, motam tutmoq, sudga bermoq
Hindi मुकदमा दायर करना, विलाप करना, शिकायत करना, गिला करना, दायर करना, मुकदमा करना, शोक मनाना
Chinees 抱怨, 诉苦, 起诉, 哀叹, 哀悼, 埋怨, 提起诉讼
Thais คร่ำครวญ, บ่น, ฟ้อง, ฟ้องร้อง, ร้องเรียน, ไว้อาลัย
Koreaans 불평하다, 소송 제기하다, 소송을 제기하다, 애도하다, 제소하다, 투덜대다, 하소연하다, 한탄하다
Azerbeidzjaans gileylənmək, dava açmaq, iddia qaldırmaq, matəm tutmaq, məhkəməyə vermək, yas tutmaq, şikayət etmək, şikayətlənmək
Georgisch წუწუნება, გლოვა, გოდება, სარჩელის შეტანა, სასამართლოში დავის დაწყება, უჩივლება, ჩივილი, ჩივლა
Bengaals অভিযোগ করা, বিলাপ করা, আক্ষেপ করা, বাদ দায়ের করা, মামলা করা, মামলা দায়ের করা, শোক করা
Albanees ankohem, padit, vajtoj, mbaj zi, ngre padi
Marathi तक्रार करणे, विलाप करणे, कुणकुणणे, केस दाखल करणे, खटला दाखल करणे, दावा दाखल करणे, शोक करणे
Nepalees गुनासो गर्नु, विलाप गर्नु, मुकदमा दायर गर्नु, मुद्दा दायर गर्नु, मुद्दा हाल्नु, शोक मनाउनु
Telugu కేసు దాఖలు చేయడం, కేసు వేయడం, దావా దాఖలు చేయడం, ఫిర్యాదు చేయడం, ఫిర్యాదు చేయు, వాపోయు, విలపించడం, విలపించు
Lets iesūdzēt, sūdzēties, apraudāt, celt prasību, kurnēt, sērot, žēloties
Tamil புலம்புதல், துக்கப்படுதல், புகார் கூறுதல், புகார் செய், புலம்பு, வழக்கு தாக்கல், வழக்கு தாக்கல் செய்ய, வழக்கு தொடர
Ests kaebama, kohtusse kaebama, hagi esitama, halama, leinama, nurisema
Armeens բողոքել, գանգատվել, դատական հայց ներկայացնել, դատի տալ, հայց ներկայացնել, ողբալ, սգալ
Koerdisch şikayet kirin, ber dadgehê anîn, dava açmak, dava kirin, gilî kirin, matem kirin, nalîn, şîn kirin
Hebreeuwsלְהִתְלַונֵן، לתבוע، לְבַכּוֹת، להתלונן
Arabischشكاية، تذمر، اشتكى، دعوى، شكا، فضفض، ناح، يتذمر
Perzischشکایت کردن، ناله کردن، شکوه کردن، اظهارنارضایتی کردن، شکایت، نالیدن، گلایه کردن، دعوی شدن
Urduشکایت کرنا، افسوس کرنا، شکایت، عدالت میں جانا، عدالت میں لے جانا، گلہ کرنا

klagen in dict.cc


Vertalingen 

Doe mee


Help ons en word een held door nieuwe inzendingen toe te voegen en bestaande te beoordelen. Als dank kun je deze website zonder advertenties gebruiken zodra je een bepaald aantal punten hebt behaald.



Inloggen

Alle helden 

Definities

Betekenissen en synoniemen van klagen

  • einen Verlust bejammern, trauern
  • Unzufriedenheit über eine Situation äußern, beschweren
  • etwas Trauriges oder Unerfreuliches erzählen, erzählen
  • [Recht] zu Gericht bringen, prozessieren
  • [Recht] vor Gericht gegen jemanden vorgehen
  • ...

klagen in openthesaurus.de

Betekenissen  Synoniemen 

Voorzetsels

Voorzetsels voor klagen


  • jemand klagt gegen jemanden
  • jemand klagt gegen jemanden um/gegen/auf etwas
  • jemand klagt um jemanden/etwas
  • jemand klagt um/gegen/auf etwas
  • jemand/etwas klagt bei jemandem
  • jemand/etwas klagt gegen jemanden
  • jemand/etwas klagt gegen jemanden wegen etwas
  • jemand/etwas klagt gegen jemanden/etwas
  • ...

Toepassingen  Voorzetsels 

Verbuigingsregels

Gedetailleerde regels voor vervoeging

Woordenboeken

Alle vertaalwoordenboeken

Duitse werkwoord klagen vervoegen

Overzicht van alle tijden van het werkwoord klagen


De vervoeging van het werkwoord klagen wordt online overzichtelijk weergegeven in een werkwoordschema met alle vormen in enkelvoud en meervoud, en in alle personen (1e, 2e, 3e persoon). De verbuiging van het werkwoord klagen is dus een hulpmiddel voor huiswerk, toetsen, examens, Duitse les op school, Duits leren, studie en volwasseneneducatie. Vooral voor mensen die Duits leren is het belangrijk om de juiste vervoeging en de correcte vormen (... klagt - ... klagte - ... geklagt hat) te kennen. Meer informatie vind je op Wiktionary klagen en op klagen in de Duden.

klagen vervoeging

Tegenwoordige tijd Onvoltooid verleden tijd Conjunctief I Conjunctief II Imperatief
ich ... klag(e)... klagte... klage... klagte-
du ... klagst... klagtest... klagest... klagtestklag(e)
er ... klagt... klagte... klage... klagte-
wir ... klagen... klagten... klagen... klagtenklagen
ihr ... klagt... klagtet... klaget... klagtetklagt
sie ... klagen... klagten... klagen... klagtenklagen

indicatief Actief

  • Tegenwoordige tijd: ... ich klag(e), ... du klagst, ... er klagt, ... wir klagen, ... ihr klagt, ... sie klagen
  • Onvoltooid verleden tijd: ... ich klagte, ... du klagtest, ... er klagte, ... wir klagten, ... ihr klagtet, ... sie klagten
  • Perfectum: ... ich geklagt habe, ... du geklagt hast, ... er geklagt hat, ... wir geklagt haben, ... ihr geklagt habt, ... sie geklagt haben
  • Voltooid verleden tijd: ... ich geklagt hatte, ... du geklagt hattest, ... er geklagt hatte, ... wir geklagt hatten, ... ihr geklagt hattet, ... sie geklagt hatten
  • Toekomende tijd I: ... ich klagen werde, ... du klagen wirst, ... er klagen wird, ... wir klagen werden, ... ihr klagen werdet, ... sie klagen werden
  • voltooid tegenwoordige toekomende tijd: ... ich geklagt haben werde, ... du geklagt haben wirst, ... er geklagt haben wird, ... wir geklagt haben werden, ... ihr geklagt haben werdet, ... sie geklagt haben werden

Conjunctief Actief

  • Tegenwoordige tijd: ... ich klage, ... du klagest, ... er klage, ... wir klagen, ... ihr klaget, ... sie klagen
  • Onvoltooid verleden tijd: ... ich klagte, ... du klagtest, ... er klagte, ... wir klagten, ... ihr klagtet, ... sie klagten
  • Perfectum: ... ich geklagt habe, ... du geklagt habest, ... er geklagt habe, ... wir geklagt haben, ... ihr geklagt habet, ... sie geklagt haben
  • Voltooid verleden tijd: ... ich geklagt hätte, ... du geklagt hättest, ... er geklagt hätte, ... wir geklagt hätten, ... ihr geklagt hättet, ... sie geklagt hätten
  • Toekomende tijd I: ... ich klagen werde, ... du klagen werdest, ... er klagen werde, ... wir klagen werden, ... ihr klagen werdet, ... sie klagen werden
  • voltooid tegenwoordige toekomende tijd: ... ich geklagt haben werde, ... du geklagt haben werdest, ... er geklagt haben werde, ... wir geklagt haben werden, ... ihr geklagt haben werdet, ... sie geklagt haben werden

Voorwaardelijke wijs II (würde) Actief

  • Onvoltooid verleden tijd: ... ich klagen würde, ... du klagen würdest, ... er klagen würde, ... wir klagen würden, ... ihr klagen würdet, ... sie klagen würden
  • Voltooid verleden tijd: ... ich geklagt haben würde, ... du geklagt haben würdest, ... er geklagt haben würde, ... wir geklagt haben würden, ... ihr geklagt haben würdet, ... sie geklagt haben würden

Imperatief Actief

  • Tegenwoordige tijd: klag(e) (du), klagen wir, klagt (ihr), klagen Sie

Infinitief/Deelwoord Actief

  • Infinitief I: klagen, zu klagen
  • Infinitief II: geklagt haben, geklagt zu haben
  • Tegenwoordig deelwoord: klagend
  • Participle II: geklagt

Opmerkingen



Inloggen

* De synoniemen zijn deels afkomstig van OpenThesaurus (openthesaurus.de) en kunnen achteraf zijn aangepast. Ze zijn vrij beschikbaar onder de CC-BY-SA 4.0 (creativecommons.org/licenses/by-sa/4.0) licentie: klagen

* De definities zijn deels afkomstig van Wiktionary (de.wiktionary.org) en kunnen achteraf zijn gewijzigd. Ze zijn vrij beschikbaar onder de CC-BY-SA 3.0 (creativecommons.org/licenses/by-sa/3.0) licentie: 30848, 30848, 30848, 30848, 30848

* De zinnen van Nachrichtenleicht (nachrichtenleicht.de) zijn onderworpen aan de daar opgeslagen voorwaarden. Deze en het bijbehorende artikel zijn te raadplegen via de volgende links: Urteil zu Geheim-Dienst, Öl-Konzern muss zahlen, Streit um Bilder

* De zinnen van Tatoeba (tatoeba.org) zijn gratis beschikbaar onder de CC BY 2.0 FR (creativecommons.org/licenses/by/2.0/fr/) licentie. Sommige zijn aangepast. De auteurs van de zinnen zijn te vinden via: 6885553, 3200221, 11291626, 3836356, 3817339, 628844

* De zinnen uit Wiktionary (de.wiktionary.org) zijn vrij beschikbaar onder de licentie CC BY-SA 3.0 (creativecommons.org/licenses/by-sa/3.0/deed.de). Sommige zijn aangepast. De auteurs van de zinnen zijn te vinden via de volgende links: 234951