Vervoeging van het Duitse werkwoord backpfeifen

De vervoeging van het werkwoord backpfeifen (slaan) is regelmatig. De basisvormen zijn backpfeift, backpfeifte en hat gebackpfeift. Het hulpwerkwoord van backpfeifen is "haben". De verbuiging vindt plaats in het Actief en wordt gebruikt als Hoofdzin. Voor een beter begrip zijn talloze voorbeelden van het werkwoord backpfeifen beschikbaar. Voor oefenen en consolidatie zijn er ook gratis werkbladen voor backpfeifen. Je kunt niet alleen backpfeifen vervoegen, maar ook alle Duitse werkwoorden. Opmerkingen

regelmatig · haben

backpfeifen

backpfeift · backpfeifte · hat gebackpfeift

Engels bitchslap, cuff ears, slap, smack

jemandem eine Ohrfeige geben; ohrfeigen

acc.

De eenvoudig vervoegde werkwoordsvormen in de tegenwoordige, verleden, gebiedende en aanvoegende wijs van backpfeifen

Tegenwoordige tijd

ich backpfeif(e)⁵
du backpfeifst
er backpfeift
wir backpfeifen
ihr backpfeift
sie backpfeifen

Onvoltooid verleden tijd

ich backpfeifte
du backpfeiftest
er backpfeifte
wir backpfeiften
ihr backpfeiftet
sie backpfeiften

Imperatief

-
backpfeif(e)⁵ (du)
-
backpfeifen wir
backpfeift (ihr)
backpfeifen Sie

Konjunktief I

ich backpfeife
du backpfeifest
er backpfeife
wir backpfeifen
ihr backpfeifet
sie backpfeifen

Konjunktief II

ich backpfeifte
du backpfeiftest
er backpfeifte
wir backpfeiften
ihr backpfeiftet
sie backpfeiften

Infinitief

backpfeifen
zu backpfeifen

Deelwoord

backpfeifend
gebackpfeift

⁵ Alleen in informeel taalgebruik


indicatief

Het werkwoord backpfeifen vervoegd in de aantonende wijs Actief in de tijden tegenwoordige, verleden en toekomende tijd


Tegenwoordige tijd

ich backpfeif(e)⁵
du backpfeifst
er backpfeift
wir backpfeifen
ihr backpfeift
sie backpfeifen

Onvoltooid verleden tijd

ich backpfeifte
du backpfeiftest
er backpfeifte
wir backpfeiften
ihr backpfeiftet
sie backpfeiften

Perfectum

ich habe gebackpfeift
du hast gebackpfeift
er hat gebackpfeift
wir haben gebackpfeift
ihr habt gebackpfeift
sie haben gebackpfeift

Volt. verl. tijd

ich hatte gebackpfeift
du hattest gebackpfeift
er hatte gebackpfeift
wir hatten gebackpfeift
ihr hattet gebackpfeift
sie hatten gebackpfeift

Toekomende tijd I

ich werde backpfeifen
du wirst backpfeifen
er wird backpfeifen
wir werden backpfeifen
ihr werdet backpfeifen
sie werden backpfeifen

voltooid tegenwoordige toekomende tijd

ich werde gebackpfeift haben
du wirst gebackpfeift haben
er wird gebackpfeift haben
wir werden gebackpfeift haben
ihr werdet gebackpfeift haben
sie werden gebackpfeift haben

⁵ Alleen in informeel taalgebruik

Conjunctief

De vervoeging van het werkwoord backpfeifen in de conjunctief I en II en in de tijden tegenwoordige tijd, verleden tijd, perfectum, plusquamperfectum en toekomende tijd.


Konjunktief I

ich backpfeife
du backpfeifest
er backpfeife
wir backpfeifen
ihr backpfeifet
sie backpfeifen

Konjunktief II

ich backpfeifte
du backpfeiftest
er backpfeifte
wir backpfeiften
ihr backpfeiftet
sie backpfeiften

Voltooid Konj.

ich habe gebackpfeift
du habest gebackpfeift
er habe gebackpfeift
wir haben gebackpfeift
ihr habet gebackpfeift
sie haben gebackpfeift

Konj. volt. verl. t.

ich hätte gebackpfeift
du hättest gebackpfeift
er hätte gebackpfeift
wir hätten gebackpfeift
ihr hättet gebackpfeift
sie hätten gebackpfeift

Toekomende aanvoegende wijs I

ich werde backpfeifen
du werdest backpfeifen
er werde backpfeifen
wir werden backpfeifen
ihr werdet backpfeifen
sie werden backpfeifen

Toek. volt. aanw.

ich werde gebackpfeift haben
du werdest gebackpfeift haben
er werde gebackpfeift haben
wir werden gebackpfeift haben
ihr werdet gebackpfeift haben
sie werden gebackpfeift haben

Voorwaardelijke wijs II (würde)

Vervangende vormen van de Konjunktiv II worden vervoegd met "würde" als persoonsvorm.


Conjunctief II

ich würde backpfeifen
du würdest backpfeifen
er würde backpfeifen
wir würden backpfeifen
ihr würdet backpfeifen
sie würden backpfeifen

Verleden cond.

ich würde gebackpfeift haben
du würdest gebackpfeift haben
er würde gebackpfeift haben
wir würden gebackpfeift haben
ihr würdet gebackpfeift haben
sie würden gebackpfeift haben

Imperatief

De vervoegingsvormen in de gebiedende wijs Actief tegenwoordige tijd voor het werkwoord backpfeifen


Tegenwoordige tijd

backpfeif(e)⁵ (du)
backpfeifen wir
backpfeift (ihr)
backpfeifen Sie

⁵ Alleen in informeel taalgebruik

Infinitief/Deelwoord

De infinitieve vormen deelwoord en infinitief (met 'zu') in Actief voor backpfeifen


Infinitief I


backpfeifen
zu backpfeifen

Infinitief II


gebackpfeift haben
gebackpfeift zu haben

Tegenwoordig deelwoord


backpfeifend

Participle II


gebackpfeift

Vertalingen

Vertalingen van het Duitse backpfeifen


Duits backpfeifen
Engels bitchslap, cuff ears, slap, smack
Russisch пощечина
Spaans bofetada, cachetada
Frans gifle
Turks tokat
Portugees tapa
Italiaans schiaffeggiare, schiaffo
Roemeens palmă
Hongaars pofon
Pools zatrzepotać
Grieks σφαλιάρα
Nederlands slaan
Tsjechisch facka, pohlavek
Zweeds örfil
Deens øreklap
Japans 平手打ち
Fins korvapuusti
Noors øreklaps
Baskisch belarri kolpea
Servisch udaranac
Macedonisch удри шамар
Sloveens ploska
Slowaaks facka
Bosnisch udaranac
Kroatisch udaranac
Oekraïens пощечина
Bulgaars плесница
Wit-Russisch падсвістка
Indonesisch menampar
Vietnamees tát
Oezbeeks qo‘l bilan urmoq
Hindi थप्पड़ मारना
Chinees 扇耳光
Thais ตบ
Koreaans 뺨을 때리다
Azerbeidzjaans yüzə vurmaq
Georgisch სილის გარტყმა
Bengaals থাপ্পড় মারা
Albanees godas me dorë
Marathi थप्पड़ मारणे
Nepalees थप्पड मार्नु
Telugu చెంపదెబ్బ కొట్టు
Lets sist pa vaigu
Tamil அறை
Ests lööma
Armeens հարվածել դեմքին
Koerdisch leq dan
Hebreeuwsסטירה
Arabischصفعة
Perzischسیلی زدن
Urduتھپڑ

backpfeifen in dict.cc


Vertalingen 

Doe mee


Help ons en word een held door nieuwe inzendingen toe te voegen en bestaande te beoordelen. Als dank kun je deze website zonder advertenties gebruiken zodra je een bepaald aantal punten hebt behaald.



Inloggen

Alle helden 

Definities

Betekenissen en synoniemen van backpfeifen

  • jemandem eine Ohrfeige geben
  • ohrfeigen

backpfeifen in openthesaurus.de

Betekenissen  Synoniemen 

Verbuigingsregels

Gedetailleerde regels voor vervoeging

Woordenboeken

Alle vertaalwoordenboeken

Duitse werkwoord backpfeifen vervoegen

Overzicht van alle tijden van het werkwoord backpfeifen


De vervoeging van het werkwoord backpfeifen wordt online overzichtelijk weergegeven in een werkwoordschema met alle vormen in enkelvoud en meervoud, en in alle personen (1e, 2e, 3e persoon). De verbuiging van het werkwoord backpfeifen is dus een hulpmiddel voor huiswerk, toetsen, examens, Duitse les op school, Duits leren, studie en volwasseneneducatie. Vooral voor mensen die Duits leren is het belangrijk om de juiste vervoeging en de correcte vormen (backpfeift - backpfeifte - hat gebackpfeift) te kennen. Meer informatie vind je op Wiktionary backpfeifen en op backpfeifen in de Duden.

backpfeifen vervoeging

Tegenwoordige tijd Onvoltooid verleden tijd Conjunctief I Conjunctief II Imperatief
ich backpfeif(e)backpfeiftebackpfeifebackpfeifte-
du backpfeifstbackpfeiftestbackpfeifestbackpfeiftestbackpfeif(e)
er backpfeiftbackpfeiftebackpfeifebackpfeifte-
wir backpfeifenbackpfeiftenbackpfeifenbackpfeiftenbackpfeifen
ihr backpfeiftbackpfeiftetbackpfeifetbackpfeiftetbackpfeift
sie backpfeifenbackpfeiftenbackpfeifenbackpfeiftenbackpfeifen

indicatief Actief

  • Tegenwoordige tijd: ich backpfeif(e), du backpfeifst, er backpfeift, wir backpfeifen, ihr backpfeift, sie backpfeifen
  • Onvoltooid verleden tijd: ich backpfeifte, du backpfeiftest, er backpfeifte, wir backpfeiften, ihr backpfeiftet, sie backpfeiften
  • Perfectum: ich habe gebackpfeift, du hast gebackpfeift, er hat gebackpfeift, wir haben gebackpfeift, ihr habt gebackpfeift, sie haben gebackpfeift
  • Voltooid verleden tijd: ich hatte gebackpfeift, du hattest gebackpfeift, er hatte gebackpfeift, wir hatten gebackpfeift, ihr hattet gebackpfeift, sie hatten gebackpfeift
  • Toekomende tijd I: ich werde backpfeifen, du wirst backpfeifen, er wird backpfeifen, wir werden backpfeifen, ihr werdet backpfeifen, sie werden backpfeifen
  • voltooid tegenwoordige toekomende tijd: ich werde gebackpfeift haben, du wirst gebackpfeift haben, er wird gebackpfeift haben, wir werden gebackpfeift haben, ihr werdet gebackpfeift haben, sie werden gebackpfeift haben

Conjunctief Actief

  • Tegenwoordige tijd: ich backpfeife, du backpfeifest, er backpfeife, wir backpfeifen, ihr backpfeifet, sie backpfeifen
  • Onvoltooid verleden tijd: ich backpfeifte, du backpfeiftest, er backpfeifte, wir backpfeiften, ihr backpfeiftet, sie backpfeiften
  • Perfectum: ich habe gebackpfeift, du habest gebackpfeift, er habe gebackpfeift, wir haben gebackpfeift, ihr habet gebackpfeift, sie haben gebackpfeift
  • Voltooid verleden tijd: ich hätte gebackpfeift, du hättest gebackpfeift, er hätte gebackpfeift, wir hätten gebackpfeift, ihr hättet gebackpfeift, sie hätten gebackpfeift
  • Toekomende tijd I: ich werde backpfeifen, du werdest backpfeifen, er werde backpfeifen, wir werden backpfeifen, ihr werdet backpfeifen, sie werden backpfeifen
  • voltooid tegenwoordige toekomende tijd: ich werde gebackpfeift haben, du werdest gebackpfeift haben, er werde gebackpfeift haben, wir werden gebackpfeift haben, ihr werdet gebackpfeift haben, sie werden gebackpfeift haben

Voorwaardelijke wijs II (würde) Actief

  • Onvoltooid verleden tijd: ich würde backpfeifen, du würdest backpfeifen, er würde backpfeifen, wir würden backpfeifen, ihr würdet backpfeifen, sie würden backpfeifen
  • Voltooid verleden tijd: ich würde gebackpfeift haben, du würdest gebackpfeift haben, er würde gebackpfeift haben, wir würden gebackpfeift haben, ihr würdet gebackpfeift haben, sie würden gebackpfeift haben

Imperatief Actief

  • Tegenwoordige tijd: backpfeif(e) (du), backpfeifen wir, backpfeift (ihr), backpfeifen Sie

Infinitief/Deelwoord Actief

  • Infinitief I: backpfeifen, zu backpfeifen
  • Infinitief II: gebackpfeift haben, gebackpfeift zu haben
  • Tegenwoordig deelwoord: backpfeifend
  • Participle II: gebackpfeift

Opmerkingen



Inloggen