Verbuiging van het Duitse zelfstandig naamwoord Rauch met meervoud en lidwoord

De verbuiging van het zelfstandig naamwoord Rauch (rook, damp) is in het enkelvoud genitief Rauch(e)s en in het meervoud nominatief -. Het zelfstandig naamwoord Rauch wordt sterk verbogen met de uitgangen es/s/-. Vormt geen meervoud. Het grammaticale geslacht van Rauch is mannelijk en het bepaalde lidwoord is "der". Hier kun je niet alleen Rauch verbuigen, maar ook alle Duitse zelfstandige naamwoorden. Het zelfstandig naamwoord behoort tot de woordenschat van het Zertifikat Deutsch of tot niveau A2. Opmerkingen ☆

mannelijk

Rauch, der

bijvoeglijk naamwoord

rauch

A2 · zelfstandig naamwoord · mannelijk · regelmatig · -s, -

der Rauch

Rauch(e)s · -

Uitgangen es/s/- Datief meervoud zonder extra 'n' Alleen enkelvoud

smoke, reek, steam, cigarette smoke, fume, smoking chamber, smolder, smoulder, smokehouse

durch thermische Verbrennung entstehende Gase, Dämpfe und Partikel; Zigarettenrauch; Abgase, blauer Dunst, Brodem, Dampf

» Riecht jemand Rauch ? Does anybody smell smoke?

Werbung ausblenden

Verbuiging van Rauch in enkelvoud en meervoud in alle naamvallen

Enkelvoud

Nom.	der	Rauch
Gen.	des	Rauches/Rauchs
Dat.	dem	Rauch/Rauche⁶
Acc.	den	Rauch

Meervoud

Nom.	-
Gen.	-
Dat.	-
Acc.	-

⁶ Alleen in verheven stijl

Definities PDF

Voorbeelden

Voorbeeldzinnen voor Rauch

Riecht jemand Rauch ?
Does anybody smell smoke?
Du riechst nach Rauch .
You smell like smoke.
Es riecht nach Rauch .
It smells like smoke.
Wie machst du den Rauch ?
How do you make the smoke?
Der Rauch von den Feuern macht vielen Menschen Probleme.
The smoke from the fires causes problems for many people.
Tom roch Rauch .
Tom smelled smoke.
Ich kann Rauch sehen.
I can see smoke.

Voorbeelden

Vertalingen

Vertalingen van het Duitse Rauch

Rauch

smoke, reek, steam, cigarette smoke, fume, smoking chamber, smolder, smoulder

дым, пар

humo, vapor

fumée, fumoir, vapeur

duman, buhar, sigara dumanı

fumaça, fumaceira, fumo, vapor

fumo, nebbia, vapore

fum, abur, fum de țigară, smog

füst, füstgáz, gőz

dym, dym papierosowy, para

καπνός, ατμός

rook, damp, sigarettenrook

dým, kouř, cigaretový kouř, pára

rök, cigarettrök, ånga

røg, cigarettrøg, damp

煙, 煙霧, 蒸気

fum, vapor, fum de cigarreta

savu, savua, höyry, savuke

røyk, damp, sigarett røyk

ke, lurruna, zigarreta kea

дим, dim, para

дим, пара

dim, cigaretnik, para

dým, dym, cigaretový dym, para

dim, para

дим, пара

дым, пара

עשן، אדים، עשן סיגריות

دخان، بخار، دخان السجائر

دود، بخار، دود سیگار

دھواں، بخار

Rauch in dict.cc

Vertalingen

Doe mee

Help ons en word een held door nieuwe inzendingen toe te voegen en bestaande te beoordelen. Als dank kun je deze website zonder advertenties gebruiken zodra je een bepaald aantal punten hebt behaald.

Inloggen

Alle helden

Definities

Betekenissen en synoniemen van Rauch

durch thermische Verbrennung entstehende Gase, Dämpfe und Partikel, Zigarettenrauch, Abgase, blauer Dunst, Brodem, Dampf
durch thermische Verbrennung entstehende Gase, Dämpfe und Partikel, Zigarettenrauch, Abgase, blauer Dunst, Brodem, Dampf
durch thermische Verbrennung entstehende Gase, Dämpfe und Partikel, Zigarettenrauch, Abgase, blauer Dunst, Brodem, Dampf

Rauch in openthesaurus.de

Betekenissen Synoniemen

Verbuigingsvormen van Rauch

Overzicht van alle verbuigingen van het zelfstandig naamwoord Rauch in alle naamvallen

De verbuiging van Rauch wordt overzichtelijk weergegeven in een tabel met alle vormen in het enkelvoud en meervoud en in alle vier de naamvallen: nominatief (1e naamval), genitief (2e naamval), datief (3e naamval) en accusatief (4e naamval). Deze tabel is handig voor huiswerk, examens, Duitse les op school, studie, Duits als vreemde of tweede taal en volwasseneneducatie. De correcte verbuiging van het woord Rauch is vooral belangrijk voor mensen die Duits leren. Meer informatie vind je op Wiktionary Rauch en op Rauch in de Duden.

Verbuiging Rauch

	Enkelvoud	Meervoud
Nom.	der Rauch	-
Gen.	des Rauch(e)s	-
Dat.	dem Rauch(e)	-
Acc.	den Rauch	-

Verbuiging Rauch

Enkelvoud: der Rauch, des Rauch(e)s, dem Rauch(e), den Rauch
Meervoud: -, -, -, -