Vervoeging van het Duitse werkwoord trainieren

De vervoeging van het werkwoord trainieren (oefenen, trainen) is regelmatig. De basisvormen zijn trainiert, trainierte en hat trainiert. Het hulpwerkwoord van trainieren is "haben". De verbuiging vindt plaats in het Actief en wordt gebruikt als Hoofdzin. Voor een beter begrip zijn talloze voorbeelden van het werkwoord trainieren beschikbaar. Voor oefenen en consolidatie zijn er ook gratis werkbladen voor trainieren. Je kunt niet alleen trainieren vervoegen, maar ook alle Duitse werkwoorden. Het werkwoord behoort tot de woordenschat van het Zertifikat Deutsch of niveau A1. Opmerkingen

Video 

A1 · regelmatig · haben

trainieren

trainiert · trainierte · hat trainiert

Engels train, practice, practise, PT, coach, educate, exercise, instruct, manage, prepare, school, training, work out, condition

[Sport] durch systematisches Training auf etwas, besonders auf einen Wettkampf vorbereiten, in gute Kondition zu bringen; Training betreiben; einüben, abrichten, (sich) körperlich ertüchtigen, üben

(sich+A, acc., auf+A, in+D, für+A, bei+D)

» Er trainiert Hunde. Engels He trains dogs.

De eenvoudig vervoegde werkwoordsvormen in de tegenwoordige, verleden, gebiedende en aanvoegende wijs van trainieren

Tegenwoordige tijd

ich trainier(e)⁵
du trainierst
er trainiert
wir trainieren
ihr trainiert
sie trainieren

Onvoltooid verleden tijd

ich trainierte
du trainiertest
er trainierte
wir trainierten
ihr trainiertet
sie trainierten

Imperatief

-
trainier(e)⁵ (du)
-
trainieren wir
trainiert (ihr)
trainieren Sie

Konjunktief I

ich trainiere
du trainierest
er trainiere
wir trainieren
ihr trainieret
sie trainieren

Konjunktief II

ich trainierte
du trainiertest
er trainierte
wir trainierten
ihr trainiertet
sie trainierten

Infinitief

trainieren
zu trainieren

Deelwoord

trainierend
trainiert

⁵ Alleen in informeel taalgebruik


indicatief

Het werkwoord trainieren vervoegd in de aantonende wijs Actief in de tijden tegenwoordige, verleden en toekomende tijd


Tegenwoordige tijd

ich trainier(e)⁵
du trainierst
er trainiert
wir trainieren
ihr trainiert
sie trainieren

Onvoltooid verleden tijd

ich trainierte
du trainiertest
er trainierte
wir trainierten
ihr trainiertet
sie trainierten

Perfectum

ich habe trainiert
du hast trainiert
er hat trainiert
wir haben trainiert
ihr habt trainiert
sie haben trainiert

Volt. verl. tijd

ich hatte trainiert
du hattest trainiert
er hatte trainiert
wir hatten trainiert
ihr hattet trainiert
sie hatten trainiert

Toekomende tijd I

ich werde trainieren
du wirst trainieren
er wird trainieren
wir werden trainieren
ihr werdet trainieren
sie werden trainieren

voltooid tegenwoordige toekomende tijd

ich werde trainiert haben
du wirst trainiert haben
er wird trainiert haben
wir werden trainiert haben
ihr werdet trainiert haben
sie werden trainiert haben

⁵ Alleen in informeel taalgebruik


  • Er trainiert Hunde. 
  • Ich trainiere jeden Tag. 
  • Ich trainiere fast jeden Tag. 

Conjunctief

De vervoeging van het werkwoord trainieren in de conjunctief I en II en in de tijden tegenwoordige tijd, verleden tijd, perfectum, plusquamperfectum en toekomende tijd.


Konjunktief I

ich trainiere
du trainierest
er trainiere
wir trainieren
ihr trainieret
sie trainieren

Konjunktief II

ich trainierte
du trainiertest
er trainierte
wir trainierten
ihr trainiertet
sie trainierten

Voltooid Konj.

ich habe trainiert
du habest trainiert
er habe trainiert
wir haben trainiert
ihr habet trainiert
sie haben trainiert

Konj. volt. verl. t.

ich hätte trainiert
du hättest trainiert
er hätte trainiert
wir hätten trainiert
ihr hättet trainiert
sie hätten trainiert

Toekomende aanvoegende wijs I

ich werde trainieren
du werdest trainieren
er werde trainieren
wir werden trainieren
ihr werdet trainieren
sie werden trainieren

Toek. volt. aanw.

ich werde trainiert haben
du werdest trainiert haben
er werde trainiert haben
wir werden trainiert haben
ihr werdet trainiert haben
sie werden trainiert haben

Voorwaardelijke wijs II (würde)

Vervangende vormen van de Konjunktiv II worden vervoegd met "würde" als persoonsvorm.


Conjunctief II

ich würde trainieren
du würdest trainieren
er würde trainieren
wir würden trainieren
ihr würdet trainieren
sie würden trainieren

Verleden cond.

ich würde trainiert haben
du würdest trainiert haben
er würde trainiert haben
wir würden trainiert haben
ihr würdet trainiert haben
sie würden trainiert haben

Imperatief

De vervoegingsvormen in de gebiedende wijs Actief tegenwoordige tijd voor het werkwoord trainieren


Tegenwoordige tijd

trainier(e)⁵ (du)
trainieren wir
trainiert (ihr)
trainieren Sie

⁵ Alleen in informeel taalgebruik

Infinitief/Deelwoord

De infinitieve vormen deelwoord en infinitief (met 'zu') in Actief voor trainieren


Infinitief I


trainieren
zu trainieren

Infinitief II


trainiert haben
trainiert zu haben

Tegenwoordig deelwoord


trainierend

Participle II


trainiert

  • Sie müssen mehr trainieren . 
  • Das Gedächtnis kann man trainieren . 
  • Ich trainiere , um in Form zu bleiben. 

Voorbeelden

Voorbeeldzinnen voor trainieren


  • Er trainiert Hunde. 
    Engels He trains dogs.
  • Ich trainiere jeden Tag. 
    Engels I train every day.
  • Ich trainiere fast jeden Tag. 
    Engels I train almost every day.
  • Mein Bruder trainiert in dem Sportverein. 
    Engels My brother trains in the sports club.
  • Trainierst du noch? 
    Engels Are you still training?
  • Wer trainiert die Mannschaft? 
    Engels Who coaches the team?
  • Er trainiert beim Verein SC Potsdam. 
    Engels He trains at the club SC Potsdam.

Voorbeelden 

Vertalingen

Vertalingen van het Duitse trainieren


Duits trainieren
Engels train, practice, practise, PT, coach, educate, exercise, instruct
Russisch тренировать, тренироваться, натренироваться, натренировываться, упражняться, натренировать, натренировывать, тренировать(ся)
Spaans entrenar, entrenarse, ejercitar, entrenarse en, practicar, preparar
Frans entraîner, cultiver, entrainer, faire de entraînement, faire de l'entrainement, s'entrainer, s'exercer, travailler
Turks antrenman yapmak, antrenman yaptırmak, çalıştırmak, egzersiz yapmak, hazırlamak
Portugees treinar, exercitar-se, fazer musculação, praticar, preparar
Italiaans allenare, allenarsi, istruire, preparare
Roemeens antrena, pregăti
Hongaars edz, treníroz, idomít, edzeni, képzeni
Pools trenować, wytrenować, ćwiczyć, szkolić
Grieks εξασκώ, προγυμνάζω, προπονούμαι, προπονώ, εκπαίδευση, προπόνηση
Nederlands oefenen, trainen
Tsjechisch trénovat, vytrénovat, cvičit
Zweeds träna, utbilda
Deens træne
Japans トレーニングする ē, トレーニング, 訓練
Catalaans entrenar, preparar
Fins harjoitella, valmentaa, harjoittaa, treenata, kouluttaa
Noors trene, øve
Baskisch prestatu, trebatu
Servisch obučavati, trenirati
Macedonisch подготовка, тренирање
Sloveens pripravljati, trenirati
Slowaaks pripravovať, trénovať
Bosnisch obučavati, trenirati
Kroatisch pripremati, trenirati
Oekraïens тренувати, тренуватися
Bulgaars тренирам, подготвям
Wit-Russisch падрыхтоўка, трэніраваць
Hebreeuwsאימון، הכנה
Arabischتدرَّب - تمرَّن، درب، مرن، تحضير، تدريب
Perzischتعلیم دادن.تمرین کردن، آموزش، تمرین
Urduتیاری کرنا، ٹریننگ دینا

trainieren in dict.cc


Vertalingen 

Doe mee


Help ons en word een held door nieuwe inzendingen toe te voegen en bestaande te beoordelen. Als dank kun je deze website zonder advertenties gebruiken zodra je een bepaald aantal punten hebt behaald.



Inloggen

Alle helden 

Definities

Betekenissen en synoniemen van trainieren

  • [Sport] durch systematisches Training auf etwas, besonders auf einen Wettkampf vorbereiten, in gute Kondition zu bringen, Training betreiben, einüben, abrichten, (sich) körperlich ertüchtigen, üben
  • [Sport] durch systematisches Training auf etwas, besonders auf einen Wettkampf vorbereiten, in gute Kondition zu bringen, Training betreiben, einüben, abrichten, (sich) körperlich ertüchtigen, üben

trainieren in openthesaurus.de

Betekenissen  Synoniemen 

Voorzetsels

Voorzetsels voor trainieren


  • etwas trainiert etwas in etwas
  • jemand trainiert etwas in etwas
  • jemand trainiert etwas in etwas mittels irgendetwas
  • jemand trainiert jemanden/etwas auf etwas
  • jemand trainiert jemanden/etwas in etwas
  • jemand/etwas trainiert auf/für etwas
  • jemand/etwas trainiert bei jemandem
  • jemand/etwas trainiert jemanden in etwas
  • ...

Toepassingen  Voorzetsels 

Verbuigingsregels

Gedetailleerde regels voor vervoeging

Woordenboeken

Alle vertaalwoordenboeken

Duitse werkwoord trainieren vervoegen

Overzicht van alle tijden van het werkwoord trainieren


De vervoeging van het werkwoord trainieren wordt online overzichtelijk weergegeven in een werkwoordschema met alle vormen in enkelvoud en meervoud, en in alle personen (1e, 2e, 3e persoon). De verbuiging van het werkwoord trainieren is dus een hulpmiddel voor huiswerk, toetsen, examens, Duitse les op school, Duits leren, studie en volwasseneneducatie. Vooral voor mensen die Duits leren is het belangrijk om de juiste vervoeging en de correcte vormen (trainiert - trainierte - hat trainiert) te kennen. Meer informatie vind je op Wiktionary trainieren en op trainieren in de Duden.

trainieren vervoeging

Tegenwoordige tijd Onvoltooid verleden tijd Conjunctief I Conjunctief II Imperatief
ich trainier(e)trainiertetrainieretrainierte-
du trainiersttrainiertesttrainieresttrainiertesttrainier(e)
er trainierttrainiertetrainieretrainierte-
wir trainierentrainiertentrainierentrainiertentrainieren
ihr trainierttrainiertettrainierettrainiertettrainiert
sie trainierentrainiertentrainierentrainiertentrainieren

indicatief Actief

  • Tegenwoordige tijd: ich trainier(e), du trainierst, er trainiert, wir trainieren, ihr trainiert, sie trainieren
  • Onvoltooid verleden tijd: ich trainierte, du trainiertest, er trainierte, wir trainierten, ihr trainiertet, sie trainierten
  • Perfectum: ich habe trainiert, du hast trainiert, er hat trainiert, wir haben trainiert, ihr habt trainiert, sie haben trainiert
  • Voltooid verleden tijd: ich hatte trainiert, du hattest trainiert, er hatte trainiert, wir hatten trainiert, ihr hattet trainiert, sie hatten trainiert
  • Toekomende tijd I: ich werde trainieren, du wirst trainieren, er wird trainieren, wir werden trainieren, ihr werdet trainieren, sie werden trainieren
  • voltooid tegenwoordige toekomende tijd: ich werde trainiert haben, du wirst trainiert haben, er wird trainiert haben, wir werden trainiert haben, ihr werdet trainiert haben, sie werden trainiert haben

Conjunctief Actief

  • Tegenwoordige tijd: ich trainiere, du trainierest, er trainiere, wir trainieren, ihr trainieret, sie trainieren
  • Onvoltooid verleden tijd: ich trainierte, du trainiertest, er trainierte, wir trainierten, ihr trainiertet, sie trainierten
  • Perfectum: ich habe trainiert, du habest trainiert, er habe trainiert, wir haben trainiert, ihr habet trainiert, sie haben trainiert
  • Voltooid verleden tijd: ich hätte trainiert, du hättest trainiert, er hätte trainiert, wir hätten trainiert, ihr hättet trainiert, sie hätten trainiert
  • Toekomende tijd I: ich werde trainieren, du werdest trainieren, er werde trainieren, wir werden trainieren, ihr werdet trainieren, sie werden trainieren
  • voltooid tegenwoordige toekomende tijd: ich werde trainiert haben, du werdest trainiert haben, er werde trainiert haben, wir werden trainiert haben, ihr werdet trainiert haben, sie werden trainiert haben

Voorwaardelijke wijs II (würde) Actief

  • Onvoltooid verleden tijd: ich würde trainieren, du würdest trainieren, er würde trainieren, wir würden trainieren, ihr würdet trainieren, sie würden trainieren
  • Voltooid verleden tijd: ich würde trainiert haben, du würdest trainiert haben, er würde trainiert haben, wir würden trainiert haben, ihr würdet trainiert haben, sie würden trainiert haben

Imperatief Actief

  • Tegenwoordige tijd: trainier(e) (du), trainieren wir, trainiert (ihr), trainieren Sie

Infinitief/Deelwoord Actief

  • Infinitief I: trainieren, zu trainieren
  • Infinitief II: trainiert haben, trainiert zu haben
  • Tegenwoordig deelwoord: trainierend
  • Participle II: trainiert

Opmerkingen



Inloggen

* De zinnen van Nachrichtenleicht (nachrichtenleicht.de) zijn onderworpen aan de daar opgeslagen voorwaarden. Deze en het bijbehorende artikel zijn te raadplegen via de volgende links: Neue Welt-Rekorde

* De zinnen van Tatoeba (tatoeba.org) zijn gratis beschikbaar onder de CC BY 2.0 FR (creativecommons.org/licenses/by/2.0/fr/) licentie. Sommige zijn aangepast. De auteurs van de zinnen zijn te vinden via: 8663565, 8448637, 1811089, 1599597, 1977012, 4454529, 8975504, 10298119, 645104

* De definities zijn deels afkomstig van Wiktionary (de.wiktionary.org) en kunnen achteraf zijn gewijzigd. Ze zijn vrij beschikbaar onder de CC-BY-SA 3.0 (creativecommons.org/licenses/by-sa/3.0) licentie: 723833

* De synoniemen zijn deels afkomstig van OpenThesaurus (openthesaurus.de) en kunnen achteraf zijn aangepast. Ze zijn vrij beschikbaar onder de CC-BY-SA 4.0 (creativecommons.org/licenses/by-sa/4.0) licentie: trainieren