Konjunktiv II van het Duitse werkwoord abknutschen
De vormen van de vervoeging van abknutschen (afzoenen, knuffelen) in de aanvoegende wijs II zijn: ich knutschte ab, du knutschtest ab, er knutschte ab, wir knutschten ab, ihr knutschtet ab, sie knutschten ab
.
Als regelmatig werkwoord wordt de ongewijzigde stam knutsch
gebruikt.
Aan deze stam worden de zwakke conjunctiefuitgangen -te,
-test,
-te,
-ten,
-tet,
-ten
toegevoegd.
Het voorvoegsel ab-
van abknutschen
wordt gescheiden.
De vorming van deze verbuigingen komt overeen met de grammaticaregels voor de vervoeging van werkwoorden in de aanvoegende wijs II.
regelmatig · haben · scheidbaar
Konjunktiv II
| ich | knutschte | ab |
| du | knutschtest | ab |
| er | knutschte | ab |
| wir | knutschten | ab |
| ihr | knutschtet | ab |
| sie | knutschten | ab |
Werkwoordschema Verbuigingsregels
- Vorming van Tegenwoordige tijd van abknutschen
- Vorming van Onvoltooid verleden tijd van abknutschen
- Vorming van Imperatief van abknutschen
- Vorming van Konjunktiv I van abknutschen
- Vorming van Konjunktiv II van abknutschen
- Vorming van Infinitief van abknutschen
- Vorming van Deelwoord van abknutschen
- Hoe vervoeg je werkwoorden in het Duits?
Tegenwoordige tijd Onvoltooid verleden tijd Imperatief Conjunctief I Conjunctief II Infinitief Deelwoord
Verdere regels voor de vervoeging van abknutschen
- Hoe vervoeg je abknutschen in Tegenwoordige tijd?
- Hoe vervoeg je abknutschen in Onvoltooid verleden tijd?
- Hoe vervoeg je abknutschen in Imperatief?
- Hoe vervoeg je abknutschen in Konjunktiv I?
- Hoe vervoeg je abknutschen in Konjunktiv II?
- Hoe vervoeg je abknutschen in Infinitief?
- Hoe vervoeg je abknutschen in Deelwoord?
- Hoe vervoeg je werkwoorden in het Duits?
Tegenwoordige tijd Onvoltooid verleden tijd Imperatief Conjunctief I Conjunctief II Infinitief Deelwoord
Vertalingen
Vertalingen van het Duitse abknutschen
-
abknutschen
canoodle, kiss repeatedly, neck, smooch, smother with kisses
ласкать, поласкать, притиснуть, тискать, целоваться
besar, besuquear, besuquearse
embrasser
sık sık öpmek, öpücüklemek
acariciar, beijar, cobrir de beijos, encher de beijos
baci, baciucchiare, sbaciucchiare tenendo stretto
pupat
csókolózni
całować, obcałować, obcałowywać
φιλήσω, φιλιά
afzoenen, knuffelen, kusjes geven
líbat, zlíbat
hångla med, kyssa
knuselske, kramme, kysse
キスする, 何度もキスする
besuquejar
suudella
kysse
musuak ematea
ljubiti
целувки
poljubljati
bozkávať
ljubiti
ljubiti
цілувати
целувам
цалаваць
berciuman, mencium
hôn, hôn nhau lâu
o'pishib yurmoq, o'pishmoq
चुम्बन करना, चूमना
接吻, 热吻
จูบ, จูบกันนาน
입맞추다, 키스하다
öpüşmək
კოცნა
চুমু খাওয়া, চুম্বন করা
puth
चुंबणे, चुंबन करणे
चुम्बन गर्नु, चुम्मा खानु
ముద్దు పెట్టడం, ముద్దుకోవడం
skūpstīties
முத்தமிடு
suudlema
համբուրել
bûs kirin
נשיקות
تقبيل
بوسیدن مکرر
چومنا
abknutschen in dict.cc
Vertalingen
Doe mee
Help ons en word een held door nieuwe inzendingen toe te voegen en bestaande te beoordelen. Als dank kun je deze website zonder advertenties gebruiken zodra je een bepaald aantal punten hebt behaald.
 |
Inloggen |
Werkwoordsvormen in Konjunktiv II van abknutschen
Het werkwoord abknutschen is volledig vervoegd in alle personen en getallen in de Conjunctief Onvoltooid verleden tijd
Conjunctief Onvoltooid verleden tijdMogelijkheidsvorm
- ich knutschte ab (1e persoonEnkelvoud)
- du knutschtest ab (2e persoonEnkelvoud)
- er knutschte ab (3e persoonEnkelvoud)
- wir knutschten ab (1e persoonMeervoud)
- ihr knutschtet ab (2e persoonMeervoud)
- sie knutschten ab (3e persoonMeervoud)