Onvoltooid verleden tijd van het Duitse werkwoord erwachen
De vormen van de vervoeging van erwachen (ontwaken, wakker worden) in de verleden tijd zijn: ich erwachte, du erwachtest, er erwachte, wir erwachten, ihr erwachtet, sie erwachten
.
Als regelmatig werkwoord wordt de ongewijzigde stam wach
gebruikt.
Aan deze stam worden de zwakke verleden tijd-uitgangen -te,
-test,
-te,
-ten,
-tet,
-ten
toegevoegd.De vorming van deze vormen volgt de grammaticaregels voor de vervoeging van werkwoorden in de verleden tijd.
Opmerkingen
☆
B1 · regelmatig · sein · onlosmakelijk
Onvoltooid verleden tijd
ich | erwachte |
du | erwachtest |
er | erwachte |
wir | erwachten |
ihr | erwachtet |
sie | erwachten |
Werkwoordschema Verbuigingsregels
- Vorming van Tegenwoordige tijd van erwachen
- Vorming van Onvoltooid verleden tijd van erwachen
- Vorming van Imperatief van erwachen
- Vorming van Konjunktiv I van erwachen
- Vorming van Konjunktiv II van erwachen
- Vorming van Infinitief van erwachen
- Vorming van Deelwoord van erwachen
- Hoe vervoeg je werkwoorden in het Duits?
Tegenwoordige tijd Onvoltooid verleden tijd Imperatief Conjunctief I Conjunctief II Infinitief Deelwoord
Verdere regels voor de vervoeging van erwachen
- Hoe vervoeg je erwachen in Tegenwoordige tijd?
- Hoe vervoeg je erwachen in Onvoltooid verleden tijd?
- Hoe vervoeg je erwachen in Imperatief?
- Hoe vervoeg je erwachen in Konjunktiv I?
- Hoe vervoeg je erwachen in Konjunktiv II?
- Hoe vervoeg je erwachen in Infinitief?
- Hoe vervoeg je erwachen in Deelwoord?
- Hoe vervoeg je werkwoorden in het Duits?
Tegenwoordige tijd Onvoltooid verleden tijd Imperatief Conjunctief I Conjunctief II Infinitief Deelwoord
Voorbeelden
Voorbeelden van Actief Onvoltooid verleden tijd van het werkwoord erwachen
-
Tom
erwachte
mit Kopfschmerzen. -
Die Band
erwachte
wieder zum Leben. -
Eines schönen Tages
erwachte
sie in einem Labyrinth. -
Er
erwachte
vor Morgengrauen. -
Tom
erwachte
aus seinem Tagtraum. -
In diesem Augenblick
erwachten
meine Urinstinkte. -
Das kleine Mädchen
erwachte
am Beginn der Morgendämmerung. -
Am frühen Morgen blinzelte sie in das Sonnenlicht und
erwachte
langsam. -
Sie
erwachte
aus ihrem Schlummer. -
Er schlief ein und
erwachte
nimmermehr. -
Tom
erwachte
durch den Geruch gebratenen Frühstücksspecks.
Vertalingen
Vertalingen van het Duitse erwachen
-
erwachen
awaken, awake, wake, wake up, arise, dawn, develop
пробуждаться, просыпаться, проснуться, очнуться, пробудиться, возникать
despertar, despertarse, nacer
se réveiller, éveiller, s'éveiller, naître
uyanmak, gelişmek
despertar, acordar, desenvolver-se
svegliarsi, destarsi, risvegliarsi, nascere, risvegliare, svegliare, svilupparsi
trezi, se trezi, trezire
felébred, felébredni
budzić się, budzić, budzić z, przebudzić z, obudzić się, rozwinąć się
ξυπνώ, αναδύομαι, ξυπνάω, ξύπνηση
ontwaken, wakker worden, gewekt worden, ontwikkelen
probouzet se, probouzetbudit se, vzbudit se, probudit se
vakna, vakna upp, uppvaknande
gry, vågne
目覚める, 目が覚める, 蘇る, 覚める, 興味を持ち始める, 覚醒, 起きる
despertar-se, desvetllar-se, despertar
herätä, herääminen, kehittyä
våkne, oppstå
esnatu, garatzen hasi
biti budan, probuditi se, javiti se
будење, развивање, собудување, събуди се
zbuditi se
prebudiť sa, vstať, vstať hore, zobudiť sa, prebudenie
probuditi se, javiti se
probuditi se, biti budan, javiti se
прокидатись, прокидатися, прокинутись, виявляти інтерес, пробуджуватися
пробуждам се, събуждам се, пробуждане, събуждане
прачынацца, развівацца, узнікаць
להתעורר
استيقاظ، استيقظ
بیدار شدن، آشکار شدن
بیدار ہونا، جاگنا
erwachen in dict.cc
Vertalingen
Doe mee
Help ons en word een held door nieuwe inzendingen toe te voegen en bestaande te beoordelen. Als dank kun je deze website zonder advertenties gebruiken zodra je een bepaald aantal punten hebt behaald.
|
Inloggen |
Werkwoordsvormen in Onvoltooid verleden tijd van erwachen
Het werkwoord erwachen is volledig vervoegd in alle personen en getallen in de Onvoltooid verleden tijd indicatief
Onvoltooid verleden tijd indicatiefVerleden tijd
- ich erwachte (1e persoonEnkelvoud)
- du erwachtest (2e persoonEnkelvoud)
- er erwachte (3e persoonEnkelvoud)
- wir erwachten (1e persoonMeervoud)
- ihr erwachtet (2e persoonMeervoud)
- sie erwachten (3e persoonMeervoud)